Sector7-Witch

“We are the grandchildren of the witches you weren't able to burn.”

Our goal is to develop today for a better tomorrow.

Dutch - Legende van het lendestraetkin image
De legende van de heks van het Lendestraetkin.
Het waren woelige tijden in Brugge. Er was die voortdurende oorlogsdreiging.  Enkele jaren geleden nog, in 1631, was Frederik-Hendrik van Oranje met een leger voor de Brugse muren verschenen. Van rond Damme was hij van plan geweest om de stad binnen te vallen.  Een jaar later brak een pestepidemie uit die aan vele mensen het leven kostte. De oogsten mislukten. De graanprijzen stegen en de mensen hadden honger. Dood door honger of ziekte trof vooral de armen. Waarom toch kwam zoveel onheil over de stad? Het leek wel of de duivel ermee gemoeid was…
In die tijd woonde er in het smalle Lendestraatje, dat toen nog het Lendestraetkin heette en tussen de Zuidzandstraat en de Korte Vuldersstraat ligt, een oude weduwe die Mayken Karrebrouck heette. Ze woonde er samen met haar oudste zoon Jan. Ze was arm en veel verdiende ze niet met de verkoop van melk en boter. Ze leefde vooral van wat ze kreeg door mensen te helpen.
Mayken had wortel van de bijvoet tegen de muur van haar huis gespijkerd om de duivel en andere boze geesten weg te jagen. Soms vlocht ze wel eens kransen van bijvoet voor anderen om aan de muren van hun huis of schuur te hangen als bescherming tegen boze geesten, brand en blikseminslag.  

Drie jaar geleden had ze, toen zij en haar zoon eens door ziekte geveld lagen, van een Brugse kleermaker, Simon Verstraete,  perkamenten briefjes gekregen. Hij had het hun gegeven om hen te vrijwaren van 't water en van ’t vier . Ze moesten de briefjes aan een touwtje rond de hals moesten dragen, maar men kon ze ook in de kleren naaien.  Er moesten daarbij verschillende kruisen gemaakt worden, te weten: ‘alzo vele kruisen als er reken stonden op papier'. Mayken had hem betaald met melk en boter en ze genazen.
Ze wist ook dat walnoten een probaat middel waren tegen heksen of tegen de beet van een dolle hond, en ze had altijd wijnruit in huis als bescherming tegen de pest. Ze wist dat de plant ook een beschermkruid was tegen de duivel, heksen, vergif en zwarte katten. Ze kende alle geneeskrachtige kruiden en maakte kruidendrankjes klaar als iemand in de buurt ziek was. Ze nam zelfs een blinde vrouw en een straatjongen in haar huis op om ze te verzorgen. Het jongetje heette Pieter en was 'gherapt van de straete'. Het was impotent en had slechte voeten toen het bij haar kwam. Toen kon hij nog gaan, maar het werd hoe langer hoe slechter, totdat hij uiteindelijk noch gaan noch staan kon.
Met één buurvrouw had Mayken altijd ruzie. Dat was met Maye Luucx. Op een keer was één van Karrebroucks zwarte kippen zo stout geweest het huis van Luucx binnen te lopen, iets waarvan haar man ten zeerste geschrokken was. Ze had het dier gepakt en het over de halve deur bij Maye Karrebrouck binnen gesmeten. Drie of vier dagen daarna waren ze verhuisd naar de Losschaertbrug; en achteraf had ze horen vertellen dat Maye Karrebrouck bij iedereen haar beklag had gemaakt dat haar hennen geen eieren meer legden.  Bovendien was haar eerste zoon, Adriaen, kort nadien ziek geworden.  Ze had hem verschillende malen laten overlezen, maar hij was toch gestorven.
Overal waar ze Maye Luucx ontmoette, in de Meers, in de Steenstraat en elders riep ze haar na dat ze een “toveresse” was en schuld had aan de dood van haar zoon Adriaen. Ze beweerde dat ze  de arme jongen had betoverd door hem vijf of zes appels te geven en aan de zesde wat zwart poeder te hebben gewreven. Hij was er aan gestorven. De vent van Luucx was daarom op een avond zo kwaad geworden dat hij Maye Karrebrouck achternagezeten had en haar in het Lendestraetkin een pak rammel had gegeven. Het zat er bovenarms op tussen die twee vrouwen.
Maye Luucx liet zich ook niet  onbetuigd. Ze vertelde iedereen die het horen wilde dat Maye Karrebrouck met de duivel te doen had. Ze beweerde dat ze met haar eigen ogen gezien had hoe ze wel zes tot acht maal op de Vrijdagmarkt met de duivel was gaan dansen. Ook Grietken zonder Ziele en Catheline Ide waren daar gezien. En Cathelyne Calle, die met bezems leurde en die ook bekend stond als toveresse, was daar telkens bij geweest.  Ze wist te vertellen dat de duivel zelve op die danspartijen zou gekomen zijn onder de gedaante van een bok of een hond.  Het duurde niet lang of de hele buurt noemde Mayken Karrebrouck… “betoverde Maeye”.
En zo gebeurde het p een dag dat een meisje in het schooltje naast het huis van Mayken Karrebrouck aanvallen van de vallende ziekte (epilepsie) kreeg. Het kon geen toeval zijn dat de ziekte telkens opkwam wanneer de hond van Mayken begon te blaffen.
Een buurvrouw beweerde dat Mayke haar man betoverd had met een haring en dat scheen nog waar te zijn ook, want hij  was ziek geworden na het eten ervan.  Verder was er de zoon van Betkin Moerynck, een weduwe uit de Meers. Ze had het kind pruimen gegeven met poeder erop en daarvan werd het ziek.  Ze werd gearresteerd en aan een pijnlijk verhoor onderworpen. Tijdens de foltering was een vleermuis  door een open venster van de pijnkelder binnengevlogen en de rechters aanzagen die onmiddellijk als een “jonghen duyvel”. Een duidelijker aanwijzing van haar verbond met de duivel konden ze niet krijgen.
Op 12 juni 1634 werd Mayken Karrebrouck voorgebracht en werd ze gevraagd dat ze de waarheid zou zeggen. Voor de zoveelste maal herhaalde ze dat ze geen toveresse was. Ze jammerde dat het godgeklaagd was zaken te moeten zeggen die niet gebeurd waren en waaraan ze onschuldig was.
De rechters waren niet in de eerste plaats geïnteresseerd in het kwaad dat ze haar buren had aangedaan, maar in haar connecties met de duivel. Ze wilden weten of de heksen op bezemstelen naar hun bijeenkomsten vlogen, waar ze hulde brachten aan de duivel, aan orgieën deelnamen, de sacramenten ontheiligden en uit kindervet toverzalf vervaardigden. Ze werd ook aangespoord om haar medeplichtigen bij naam te noemen. Ze vertelde dat ze Cathelyne Verpoort, die ook wel Calle Besems genoemd werd, en Catheline Ide goed kende. Ze had ook koeien, paarden, varkens en kippen betoverd en gaf toe verantwoordelijk te zijn voor de pest van vele mensen omdat ze een poeder in de melk en onder de boter had gemengd.
Bij Marije, die verbrande wijn verkocht in de Langestraat, had ze een kind dat voor de deur zat betoverd door het driemaal op zijn rugje te kloppen. 0ok een ander kind uit haar gebuurte had ze op de schoot genomen om te spelen en ze had het een aftreksel van kruiden gegeven. Het kind was wel drie maanden ziek geweest. De duivel had haar dat kruid geleerd, het was 'Sancta Christi'. Ook het klein kind van Gheleyn Morken had ze behekst en dat kon ze niet meer genezen, daar het reeds vier maanden geleden was. Ze had het kind een papje gegeven en al heel vlug was het ziek geworden.
Drie weken geleden nog was ze op groot heksenfeest geweest op het Bulskampveld. Daar waren toen wel honderd vrouwen verzameld en er waren er van verschillende parochies, zelfs enkele van Brugge waaronder Crepele Bette die woonde nabij de Kruispoort en een Neelken Verhaeghe, die huis hield nabij de Vrijdagmarkt.  De duivel had haar gezegd dat ze God moest loochenen met de woorden : “ic loochen uwer ende ic gaen den duyvel aen”.
Tijdens het verhoor smeekte ze de schout haar van de met nagels bezette halsband te verlossen. In plaats daarvan werden de koorden aangespannen en er werd haar gevraagd van wie ze de toverkunst geleerd had. Ze negeerde deze opmerking, maar toen de scherprechter vroeg of ze de vraag niet gehoord had bekende ze uiteindelijk, onder helse pijnen, dat ze alles kende  van “Grietken zonder ziele”, die huisde op Dudzele.  Dat was ongeveer negentien jaren geleden geweest. Deze Griete stond ook bekend als een toveresse. Op een keer, toen zij en Griete in den bilckde koeien aan het melken waren, vertoonde de duivel zich voor het eerst aan haar. Hij verscheen haar in de gedaante van een man op bokkenpoten en vroeg haar of ze zulke dingen wilde leren. Ze had daarmee ingestemd, want van Griete had ze al veel over zulke zaken gehoord. Ze had gespuwd op het kruis en ze had ook aan haar doopsel verzaakt, want het ene hield verband met het andere.  Ze had daarop de eed moeten afleggen; waarop hij van zijn kant beloofd had dat ze nimmer gebrek zou hebben.


Heksensabbat ter ere van de duivel
Nadien was de duivel nog meerdere keren verschenen in de gedaante van een man, uitzonderlijk ook wel eens als een bok of een  hond. Ze bekende dat ze verschillende keren gemeenschap met hem had, maar ze voegde er aan toe dat zijn penis en zijn zaad ijskoud geweest waren. De duivel was 'in de ghedaente van een mensche, maer zijn nature was cout ende niet als van een uprechte mensche' Van haar duivelse vriend had ze een teken op haar vrouwelijkheid ontvangen. Ze had het gekregen de eerste maal toen hij zich geopenbaard had 'in den bilck' toen ze haar doopsel en het kruis en de Heilige Moeder Maria verloochende.  Het was het litteken dat de barbier en de scherprechter tijdens het visiteren hadden opgemerkt. Toen had ze evenwel verklaard dat het een teken was, overgebleven van een bevalling.  Ze werd tot de brandstapel veroordeeld.Op de 22ste juni 1634 werd ze aan een staak op de Burg gewurgd en vervolgens verbrand, samen met Maye Luucx.  Op 10 juli werd Catheline  Ide op de brandstapel gezet en op 2 augustus onderging Calle Besems hetzelfde lot.
Nadat ze de verbranding hadden bijgewoond schoven de schout, de burgemeester, een paar schepenen, de monnik die de terdoodveroordeelde had bijgestaan, de scherprechter en zijn helpers, aan voor een "galgenmaal" dat hen moest toelaten de opgelopen emoties door te spoelen… Het recht had gezegevierd.



De verbranding van een heks
Waar of niet waar?Dit verhaal is  - op enkele details na - helaas echt gebeurd en dus geen legende. De vier vrouwen hebben echt geleefd en zijn in Brugge op de brandstapel terechtgekomen. Het is een donkere bladzijde in de Brugse geschiedenis maar het verhaal tekent de sfeer ten tijde van de heksenvervolging in het begin van de 17de eeuw. Mayken Karrebrouck en Mayken Luucx werden met mekaar geconfronteerd tijdens het verhoor. Omwille van de verhaallijn hebben we elementen uit beide verhoren en dat van anderen samengevoegd. Veel hebben we gevonden in de artikelenreeks “Van Heksen en den Boze Vijand” van Germain Vandepitte, een publicatie in “Rond de poldertorens” (1981-1984)
Mayken Karrebrouck was een slachtoffer van de heksenvervolging in Europa. Zij werd gefolterd en kwam in 1634 te Brugge op de brandstapel terecht. Samen met Mayken Luucx en Cathelyne Verpoort, alias Calle Besems, die datzelfde jaar ook verbrand werden, zou Mayken Karrebrouck op verschillende plaatsen met duivels gedanst hebben. Zij had daarbij een zestal keren “metten boosen vyandt geboeleerd”.
Zowel van Mayken Karrebrouck, Mayken Luucx, Catheline Ide en Cathelyne Verpoort bestaan de vonnissen.
 (Zie: https://www.kuleuven-kulak.be/facult/rechten/Monballyu/Rechtlagelanden/Heksenvlaanderen/Vonnissenhekserij/Vonnissenhekserijtekst1625-1649.htm)
Het Lendestraetkin is ook te zien op de kaart van Marcus Gerards uit 1562.


Het vonnis van Mayken Karrebrouck.
 “Up den XXIII junii 1634 soo was ten verzoucke alvooren ghelesen de bedrachte ende verlydt van Mayken Karrebrouck in der manyeren naervolgens: Mayken Karrebrouck, gheboren van Vassenare, oudt ontrent de 66 jaeren, heeft bekent ende beleden buytten alle banden van ysere ende van pyne, ende es ooc bedreghen hoe zy over eeneghe jaeren haer zoo verre heeft vergheten als dat zy haer begheven heeft totte horrible ende abominable boosheyt van tooverye, makende compact ende verbandt metten boosen vyandt van hellen, die haer eerst voor ooghen hielt te verlaten Godt almachtich en Maria zyne ghebenedyde moeder, zoo zy ghedaen heeft.
Heeft voorts haer diversschelick ghevonden in vergaderynghen ende dansen van boose vyanden ende van andre toveressen, doende voorts aldaer met haeren boosen ander execrable ende detestable acten die niet en betamen alhier int particuliere verhaelt te worden. Hebbende ooc dit Mayken van haeren boosen ontfanghen een specie van een teecken op haer lichaem.
Heeft ooc van haeren boosen ontfanghen eeneghe materien waermede de menschen by haer zouden connen betoovert worden, ghelyck zy metter daet betoovert heeft verscheyden persoonen van welcke zy eeneghe heeft doot ghetoovert ende dander noch jeghenwoordich zieck ende ghepraempt worden in groote ellendicheyt ende miserie.
Bovendien dat zy zeere suspect es van noch meer quaets door tooverye ghedaen ghehadt thebben, wesende alle zaken niet lydelick in een stadt van rechte zonder condigne punitie, ander in exemple. Ende naer dat etc., soo wyert eyndelynghe by vonnesse van scepenen ter manynghe van den heurlieden wettelicken maendere tzelve Mayken Karrebrouck alhier in vierschaere ghecondempneert ghewoelt te worden an een stake op den Burch deser stede ende daernaer ghebrant totte pulvere, daervan dexecutie terstont ghedaen wyerdt.”
Bron: SABrugge, Oud archief, 192, Verluydboeck 1611-1676, f°144r (origineel). Zie ook RAB, Stad Brugge, 624, f°9v-42r en 666 f°107r-185r (passim).
Heksenvervolging
De heksenvervolging heeft tussen circa 1450 en 1750 grote delen van Europa in haar greep gehad en vele tienduizenden slachtoffers geëist. De meeste schattingen lopen uiteen van 30.000 tot 60.000 geëxecuteerden waarvan ongeveer 80% vrouwen. De meeste van die vrouwen waren ouder (meestal rond de 60), zeer arm, alleenstaand en machteloos.De heksenvervolging vond niet, zoals veel mensen denken, grotendeels in de Middeleeuwen plaats, maar voornamelijk in de Renaissance.
Hekserij werd in eerste instantie gezien als het op bovennatuurlijke wijze aandoen van kwaad aan anderen. Rond 1375 werd daar door de hogere klasse aan toegevoegd dat de heksen een pact met de duivel gesloten zouden hebben.
De meeste heksen bekenden alle beschuldigingen omdat ze gemarteld werden. Velen stierven al tijdens de marteling. Als ze zich na de bekentenis ook nog bekeerden, werden ze gewurgd voordat ze verbrand werden en zouden ze nog in de hemel kunnen komen. Tot halfweg de 16e eeuw bleven de straffen beperkt tot geldboetes, eventueel gevolgd door een verbanning. Pas later kwamen de bloederige vervolgingen.
Na 1590 werden de heksen er door de hogere klasse ook nog van beschuldigd vrijwillig geslachtsgemeenschap met de duivel te hebben gehad tijdens de heksensabbatten. Daarbij werden de heksen gedwongen om de namen van andere deelnemers aan die sabbatten te noemen. Daardoor ontstonden er op grote schaal procesreeksen en massaprocessen.Hoe de heksen de duivel ontmoetten en hoe het er op de heksenbijeenkomsten aan toe ging, volgt het patroon dat beschreven wordt, zelfs de illustraties in boeken blijken de kloppen met de bekentenissen van de heksen. Ook de vreemde bewering dat de penis van de duivel ijskoud was, vinden we terug in bijna alle andere heksenprocessen. Het is duidelijk dat de verklaringen over hun contacten met de duivel eerder het gevolg zijn van de suggestieve vragen van de rechters dan van de fantasie van de heksen.
De aangeklaagde betoveringen zijn zeer klassiek: ziekte en dood van mannen, vrouwen of kinderen, ziekte en dood van paarden, koeien, varkens en kippen na een aanraking of zelfs een boze blik van een heks. De toverij werd afgeleid uit de slechte naam van de verdachte en de vaste overtuiging van de slachtoffers dat zij of hun dieren betoverd waren. Het onderscheid tussen gewone ziekte en betovering was heel subjectief. Voor allerlei onverklaarbare tegenslagen zochten de inwoners zondebokken door bepaalde personen uit hun leefgemeenschap van toverij te beschuldigen.
De Zuidelijke Nederlanden kunnen zeker niet vrijgepleit worden van medewerking aan één der zwartste bladzijden van de Europese geschiedenis. Uiteindelijk zouden er, ruw geschat, in deze gewesten tussen 1450 en 1685 minstens 922 heksen de vuurdood zijn gestorven. (bron: Dries Vanysacker in “Het aandeel van de Zuidelijke Nederlanden in de Europese heksenvervolging “)
Een heks wordt opgepakt.Rond 1660 kwam het tot een grote mentaliteitsverandering. Men werd sceptischer en verwierp het concept van onstoffelijke wezens. Hierdoor liet de elite zijn ideeën over duivelspact en heksensabbat varen. Rechters begonnen heksenprocessen tegen te werken en de wetgeving werd zodanig aangepast dat heksenprocessen steeds minder tot een veroordeling leidden. De marteling werd afgeschaft. Rond 1720 waren er in Europa haast nergens meer heksenprocessen. (Bron: Wikipedia)
“Jullie namen in gouden letters.”
Ria Beyens schreef een prachtig gedicht ter nagedachtenis aan al die als heksen terechtgestelde vrouwen.Jullie namen in gouden letters
Lange, lange rijen
Vrouwen
Heksen zogenoemd
Aangeklaagd
In lange, lange rijen
Schuifelen zij voorbij
Niet wetend waaromDoor pure roddels gepakt
Omdat zij kenden
Een kruidje voor lief en voor leed
Zorgden voor baby’s en moeders in spe
Kennis bezaten over alle vrouwendingen
En hoe met het magische om te springen
Verhalen vertelden over hoe leven begint
En hoe je de wol tot draden spintKortom vrouwen van hun tijd
Jong en oud gelijk
Toen
En tot mijn grote spijt
Ook nu nog keer op keer

Vrouwen
In lange, lange rijen
Vernederd, geslagen
Gemarteld en gebroken
Verdronken om te weten
Veroordeeld
Tot brandend de dood ingaan
Of verbanning, ver weg van thuis vandaan
Gestorven in stinkende kerkersIk schrijf jullie namen in gouden letters
En zie
Lange, lange rijen
Vrouwen met opgeheven hoofden
In kapjes en hoofdoeken
Zoals het toen hoorde
Samen met de kinderen en de mannen
Hersteld in hun waarde
Hersteld in hun eerHeksen zogenaamd

Wat een eer.

door Marc Willems (°1952).

Dutch - De legende van de heksensabbat in de Balstraat. imageDutch - De legende van de heksensabbat in de Balstraat. image
De legende van de heksensabbat in de Balstraat.
Of het om te spotten is met het heilig graf weet ik niet, maar de heksen uit Brugge en omstreken hebben het hoekje van de Balstraat, onder de toren van de Jeruzalemkapel, uitgekozen om maandelijks, bij volle maan, de heksensabbat te vieren.  Niet voor niets is een eind verder in de straat “De Zwarte Kat”!
Midden in de nacht, als Brugge slaapt, dansen en zingen ze rond een blauw vuur dat zomaar uit de kasseien opvlamt en kussen ze de duivel onder zijn staart. Er wordt gefluisterd dat ze zelfs vrijen met Lucifer, maar niemand die het kan navertellen, want wie er ooit getuige van was werd meegesleurd naar de hel.
De heksen maken een zalfje van gekookte, pasgeboren, ongedoopte jongetjes. Door zich met die zalf in te smeren kunnen ze naar de Balstraat vliegen waar ze met de duivel dansen en hem in de gedaante van een bok of kater aanbidden.
Nu denk je misschien dat heksen allemaal lelijke, oude vrouwtjes met kromme neuzen en al even kromme benen zijn, maar niets is minder waar. Dat zijn ze alleen maar in sprookjesboeken om kleine kinderen bang te maken. Neen, het zijn allemaal voluptueuze dames met lang blond of zwart haar, die op de cover van een mannenblad niet zouden misstaan.
Nu gebeurde het op een keer dat een mannetje met een grote bult op zijn rug te lang aan de toog in café Vlissinghe was blijven hangen en hij, met een stevig stuk in zijn kraag, omstreeks middernacht via de Jeruzalemstraat naar de Balstraat kwam gesukkeld.
Het was weer volle maan en de heksen dansten er al zingend rond het blauwe vuur:
“Kinderen van Arion, kinderen van Nerion,
kinderen van Ur, Balder en sater,
kinderen van de maan, dochters van Varaan,
zonen van Waldaan, noem de naam.
Noem de naam Arfistel, de naam Mefistel,
vouw het epistel, brand het en tel tot vier.
Satan is hier, Satan is hier,
Satan is hier, Satan is hier,
Satan is hier, Satan is hier.” (*)
De bultenaar was erg in zijn schik met dat liedje. Hij sprong in de ronde en danste mee met de heksen. Ze hielden hun wijde rokken tot boven hun heupen omhoog en trokken het ventje tegen zich aan. En nu eens danste hij met de ene, dan weer met de andere, want ze waren allemaal even verleidelijk. De bultenaar had in geen jaren meer zo heerlijk gedanst.
Toen ze moe gedanst waren en hun buiken plakten van het zweet, zeiden de heksen onder elkaar: “Wat heeft ie zijn best gedaan! Wat heeft ie goed gedanst. Daarvoor zullen wij hem belonen. Wat zullen wij met hem doen?”
De jongste heks zei: “Laten wij hem van zijn bult verlossen, maar eerst moet hij de duivel onder zijn staart kussen.”

Het mannetje trok niet eens zijn neus op want toen hij de staart van de duivel omhoog tilde rook het naar rozenblaadjes en lavendel. Duivels hebben de meest lepe trucs om mensen te misleiden.  En zo kuste de bultenaar de duivel onder zijn staart terwijl de heksen krijsten van plezier.  Ze pakten hem zijn bult af en hingen die aan de toren van de Jeruzalemkapel.
Een tijdje later kwam het mannetje, dat van zijn bult verlost was, in Café Vlissinghe een andere bultenaar tegen, en hij vertelde hem wat hij die bewuste nacht had meegemaakt.
“En waar was dat? Waar is dat gebeurd?” wilde zijn maat weten.
“Sla me dood, ik ben het vergeten”, loog de rechte bonenstaak.
Zijn vriend zocht elke volle maan in Brugge naar de plek waar de heksen dansten… op de Vismarkt, de Ankerplaats, de Burg, de Eiermarkt, en nog zeven andere plaatsen waar men vroeger ketters of heksen op de brandstapel had gezet. Nergens was ook maar één spoor van heksen te vinden.
Tot op een keer, het was een ijskoude winternacht kort na Kerstmis, vond hij ze eindelijk in de Balstraat. In de volle maan wierp de toren een zwarte schaduw op de grond waar de heksensabbat doorging. Het mannetje sprong meteen mee in de ronde. Hij danste en krijste als een gek mee. Hij wachtte zelfs niet af tot de heksen hem tegen hun bezwete boezems trokken en kneep hen in de billen tot ze kraaiden van plezier.
“Hela! Hola! Heisa!” schreeuwden de heksen. “Wat is dat met die kerel? Hoe gaan wij die vent belonen?”
Toen zei één van de heksen: “Hij heeft heel bevallig gezongen en gedanst. Als hij de duivel onder zijn staart heeft gekust zullen we ook zijn bult afnemen.”
De bultenaar bukte zich gretig, maar toen hij de staart van de duivel omhoog trok stonk het zo walgelijk naar pek en zwavel dat hij verschrikt achteruit deinsde.
“Doen! Doen! Doen!” gilden de heksen. Maar hoe hij ook probeerde… de stank was niet te harden. Daarop werden de heksen boos.
“Wat een geile lafaard”, zegden ze, “die is het niet waard dat we hem belonen. Wat zullen we met hem doen?”
Een hele knappe, valse heks herinnerde zich toen de bult van de eerste bultenaar die nog aan het kruis van de Jeruzalemkapel hing. “Laat ons hem die bult er ook maar bijgeven” lachte ze. En zo gebeurde het dat het ongelukkige mannetje er nu nog een bult bijkreeg. Nu had hij er één vooraan en één achteraan. En niemand begreep hoe hij aan die tweede bult gekomen was, want hij durfde de waarheid natuurlijk niet vertellen.
En als het nog eens volle maan is… mijd dan de Balstraat in Brugge als de pest, want voor je het weet dans je mee in de ronde. Misschien zou je dat wel willen, maar wellicht zit je nadien ook met een bult opgescheept.
 (*) tekst: Boudewijn de Groot, “Heksensabbat” op de LP “Nacht en ontij” (1969)
Dit verhaal vertoont veel gelijkenis met de variant uit Beernem op de “Legende van de Hellewagen” die we elders vertellen. (zie aldaar)
Johan Ballegeer vertelt een derde variant in “100 Brugsche legenden, sprookjes, sagen, anekdoten, spook- en heksenverhalen” – Raaklijn, 1984


Deze onzedelijke kus (osculum infame) tijdens de heksensabbat
is nog te zien op een 16de-eeuwse houtsnede.Heksen en heksenverbranding
Angst voor beheksing is van alle tijden, maar de heksenjacht groeide in de zestiende eeuw uit tot een massahysterie waaraan de Kerk en de autoriteiten volop deelnamen.
Het voornaamste geloofspunt van de Kerk was dat ieder mens een leven lang de speelbal is van een strijd tussen engelen en duivels, en dat de uitkomst van de strijd op Aarde het eeuwige lot na de dood zal bepalen.
De angst voor heksen had te maken met de sterke vrees die de mensen hadden voor de macht van de duivel. Men geloofde dat heksen in groepen samen met hun duivels samenkwamen op een zogenaamde heksensabbat. Daar konden ze door de lucht heen vliegen, omdat ze ingesmeerd waren met heksenzalf, een mengsel waarvoor onder andere vet van ongedoopte (en door de heks vermoorde) baby’s voor nodig was.
De meeste heksen waren arme en oudere vrouwen, die vaak alleenstaand waren. Zonder de bescherming van een man waren ze een gemakkelijk doelwit. Andere vrouwen uit dezelfde familie werden snel ook verdacht. Als je moeder als heks was veroordeeld, kon je maar beter naar een andere streek verhuizen! De enkele mannen en kinderen die op beschuldiging van hekserij voor de rechtbank kwamen, waren allemaal familieleden van reeds veroordeelde heksen.
Telkens wanneer iemand beschuldigd werd van hekserij, werd die persoon lichamelijk onderzocht, in de hoop een duivelsteken aan te treffen. Het teken, door de duivel aangebracht, gold als aanwijzing van schuld aan contact met de duivel. Deze plek was gemakkelijk te herkennen, omdat het ging om een ongevoelige plaats op het lichaam. Wanneer de beul of chirurgijn hierin prikte en de beschuldigde voelde niets of het bloedde niet, wees dit op een duivelsmerk. (Stéphanie Van Roosendael, in “Heksenvervolgingen in de nieuwe tijd”)Het hoogtepunt van de heksenvervolging in Vlaanderen is te situeren in de periode tussen 1593 en 1615. In de zeventiende eeuw kwam er meer en meer kritiek op heksenprocessen, o.m. door de wetenschappelijke vooruitgang.
Rond de twaalfde eeuw waren heel wat sekten en ketterse groeperingen ontstaan, die een bedreiging vormden voor het katholieke geloof: sekten zijn 'des duivels', want ze ondermijnen het rooms-katholieke geloof.
Bij het begin van de inquisitie in de dertiende eeuw werden ketters en heksen op één hoop gegooid. De pauselijke bul 'Summis desiderantis affectibus' (1484) drong aan op heksenvervolging, maar de echte heksenjacht is pas honderd jaar later begonnen.
Een van de beproefde methoden om een heks te herkennen was de zogeheten waterproef. Dit was een godsoordeel. Een godsoordeel diende om de schuld van de aangeklaagde vast te stellen. God zou een onschuldige immers zeker redden. Bij de waterproef werd de arme drommel die beschuldigd was van hekserij met gebonden handen en voeten in het water gegooid. Als de vrouw bleef drijven was het een heks en werd ze gemarteld of meteen ter dood gebracht. Zonk ze dan was ze onschuldig en werd ze met een touw naar boven getrokken en mocht naar huis als ze ondertussen al niet verdronken was.
Een ander godsoordeel was de vuurproef: de heksenvervolgers waren ervan overtuigd dat een vrouw die een verbond met de duivel had gesloten en dus een heks was, niet makkelijk kon verbranden. Dus moest een van hekserij verdachte blootsvoets over hete kolen lopen of zij kreeg een hete staaf in haar hand of rug gedrukt. Als diegene blaren kreeg, dan was je geen heks en kwamen er wel blaren dan was je dus wel een heks.
Ook de weegproef werd veelvuldig toegepast om een heks te herkennen. Immers een heks kon niet zwaar wegen, hoe zou ze anders op een bezem kunnen vliegen. De verdachte werd helemaal uitgekleed om te voorkomen dat de “heks” zware dingen onder haar kleren zou kunnen verbergen om zodoende zwaarder te lijken. Ze kreeg dan een soort wit kleed aan en dan gewogen. Woog de vrouw te weinig naar het oordeel van de inquisiteurs dan stond het vast dat ze een heks was.
Godsgerichten (het tweegevecht, de vuurproef, de waterproef, de weegproef) werden door paus Innocentius III verboden in 1215, maar men ging gewoon door met de proeven.


Heksensabbat, Nicolaas de Clerck (1612)
Heksenverbrandingen in Brugge
In Brugge hadden een 24-tal heksenverbrandingen plaats waarvan er enkele gedocumenteerd zijn. (bron: Wikipedia)
Margriete Achtels (Sint-Joris-ten-Distel - Brugge, 1468) was een slachtoffer van de heksenvervolging in Europa. De beschuldiging luidde dat zij op bovennatuurlijke wijze verscheidene mensen had vergiftigd. De rechtbank van de Proosdij van Brugge veroordeelde haar op 1 oktober 1468 tot het levend verbranden aan een staak. Tot afschrikwekkend voorbeeld werd haar verkoolde lijk nadien op een rad aan de rand van de weg tentoongesteld.
Mayken Karrebrouck (? - Brugge, 1634) werd gefolterd en kwam in Brugge op de brandstapel terecht. Samen met Mayken Luucx en Cathelyne Verpoort, alias Calle Besems, die datzelfde jaar ook verbrand werden, zou Mayken Karrebrouck op verschillende plaatsen met duivels gedanst hebben. Zij had daarbij een zestal keren met de Vijand “geboeleerd”. De duivel was 'in de ghedaente van een mensche, maer zijn nature was cout ende niet als van een uprechte mensche'.

Jehanne Couvel (? - Brugge, 1612) gaf toe dat de duivel haar 'van de weg' geleid had en dat ze met hem 'te doen' had. Zij getuigde 'dat hij zeer koude van conversatie was'.Mayken Luucx (? - Brugge, 1634) bekende, na enkele uren pijniging met de halsband, dat zij op verschillende plaatsen met duivels en andere tovenaressen had gedanst. Mayken Karrebrouck en Cathelyne Verpoort, alias Calle Besems, waren daar eveneens bij betrokken. In 1634 kwamen deze drie vrouwen in Brugge op de brandstapel terecht.
Bron: http://nl.wikipedia.org/wiki/Heksenlijst_Vlaanderen 
Dutch - Wicca rede  image
De drie belangrijkste regels
  1. Doe wat je wilt mits je niets of niemand schaadt
  2. Dat wat je doet komt drie keer tot je terug
  3. Wees voorzichtig met wat je vraagt,
    het zou wel eens kunnen uitkomen.
De wet van Drie
Houdt de wet van drie in ere,
driemaal zullen jouw daden wederkeren.
Leer deze Wet en leer hem goed,
dat wat je zaait, je ook oogsten moet.
Alles wat je doet komt drievoudig terug
De Wicca Rede en de Wet van Drie waarschuwen allebei om magie niet te gebruiken om iets of iemand te schaden. De Wiccan Rede leert dat je moet doen wat je zelf wilt, mits het niemand schaadt. De Wet van Drie zegt dat alles wat je doet, drievoudig bij je terugkomt.
Deze twee 'wetten' gelden volgens de meeste wicca's niet alleen voor de magische handelingen, maar voor al het handelen van een wicca. Daarnaast hebben veel covens en solitaire heksen nog extra regels waar zij zich aan houden. Zo vinden sommige dat magie nooit gebruikt mag worden voor persoonlijk gewin, maar deze regels kunnen per coven en per persoon verschillen.
Dutch - Uitgave van vonnissen Belgie image
1. Brugge, schepenen, 6 juli 1532: Ghileyn Wouters[2]
 
Up den 6den dach van hoymaent in tjaer 1532, zo was Ghileyn Wouters, geboren van Varsenare, ter manynghe van den heere ende by vonnesse van scepenen van der stede van Brugghe, ghecondempneert gherecht te zyne metten viere an een stake ende alzoo ghebrocht te wordene van den live ter doot, daerof terstondt executie ghedaen was buten der Smedepoorte van deser stede up tGalghestic, ende dit al ter causen dat zekere langhen tyt hy hem zelven overghegheven hadde den viant van der helle ende zydert ten diverschen stonden ende menichfuldich waerven by middele ende hulpe van den zelven viandt diversche zaken ghedaen die verboden ziin in verminderthede van Gode almachtich ende contrarie ziine gheboden ende van der heleghe kerke, ende by speciale dat hy verzocht ende gheconfesseert heeft dat een persoon van ziinder secte by zulcke ongheoorloofde middelen eenen anderen persoon bringhen zoude van den live ter doot, de welcke anderen persoon daernaer ghestorven es, daerinne hy Ghileyn verblyt was, al niet lydelick zonder capitale punitie in exemple van anderen hemlieden van ghelycke te wachtene, alzoo dezelve Ghileyn dit al by zynen vryen wille ende buten alle banden van ysere end pyne ghekent hadde. Actum als boven.
 
2. Brugge, schepenen, 6 juli 1532: Ampleunie Coopmans[3]
 
Up den VJen dach van hoymaent in tjaer XVc ende XXXIJ zo was Ampluene, twyf van Gillis Coopman, ghezeyt Pluene Bete, ter manynghe van den heere ende by vonnesse van scepenen van der stede van Brugghe ghecondempneert gherecht te ziine metten viere an een stake ende alzoo ghebrocht te wordene van den live ter doot, daerof terstondt executie ghedaen was buten der Smedepoorte van deser stede up tGalghestic, ende dit al ter causen dat zekere jaren gheleden zoe haer zelven overghegheven hadde den viant van der helle ende gheloochendt den ghecruusten Godt belovende quaet te doene ende gheen duecht ter eeren van den voorseiden viandt, ende dat ziidert dien tyt zoe by middele, rade ende hulpe van den zelven viandt ten diverschen stonden ghedaen heift diversche zaken die verboden zyn in verminderthede van Godt almachtich, contrarie ziine gheboden ende van der helegher kerke ende bydien middele zommeghe persoonen ghenomen ende berooft van hueren tydelicken goede ende substantien, al niet lydelick zonder capitale punitie in exemple van anderen hemlieden van ghelycke te wachtene, alzo dezelve Ampluenie dit al by hueren vryen wille ende buten alle banden van ysere ende pyne ghekent hadde. Actum als boven.
 
3. Gent, Raad van Vlaanderen, 23 december 1595: Elisabeth Vlamincx[4]
 
Omme dieswille dat ghy Elisabeth Vlaemynx, filia Joos, geboren van Nieu-nove, huusvrauwe van Ghysebrecht Ghuens, ofte zoo ghy anders ghenaempt ofte ghebynaempt zyt, u vervoordert hebt, verghetende Godt en zyne heylighe gheboden, hem ende u gheloove af te gaene ende ghemeenschap te maecken metten boosen vyandt by u ghenaempt Belzebuth, an den welcken ghy u volontairelick over drye zoo vier jaeren overghegeven hebt ende van hem terstont ontfaen een lyckteecken onder uwe[5]slincke oxele by uwen wete en ghevoele, hebbende den voorseyden vyandt ten zelven tyde ghecropen up u lichaem met eenighe uwe delectatie. Dat ghy bovendien u van den zelven vyandt (ten minsten tweemael) lichaemelick hebt laeten voeren by nachte in den haezelaeren bosch by Pollaere ende merckelick de laetste reyse een maendt oft zes weken voor den ougst letstleden, alwaer ghy zoo voor als naer een ghedanst ende in de looveren gereyt hebt u zevenste, onder de welcken waeren diversche vrauwpersoonen danof alsnu eenighe geexecuteert zyn metten viere, ende sommige u bedroghen hebbende, mitsgaeders uwen Belzebuth ende eenen anderen die ghy presumeert te wezen van ghelycke sorte, beede ghecleedt met witte waembaysen ende fransche brouckillekens, alwaer ghy ghebrocht hebt in uwen schoot eenen cauden hutzepot by [u] te vooren ghesoden tuwen huyse, jae, dat argher is, hebt aldaer, vallende op uwe knieden, den zelven Belzebuth anbeden ende by hem naer den dansch an deene zyde ghetrocken, hebt u van hem aldaer onbehoorelick laeten handelen en misbruycken. Van al twelcke den hove ghebleken is, zoo by uwe confessie buyten torture als anderssins om ghenoughen, wesende alle ongoddelicke, execrable ende detestable zaecken van quaede consequentie ende meriterende corporele punitie anderen ten exemple. Soo ist dat thof, recht doende, u condemneert up een schavot up Sinte-Pharaildenplaetse geexecuteert te worden an eenen staeck metten viere zoo datter de doot naer volghe, verclaerende al u goet, tzy erfve, leen ofte catheyl, waert tzelve ghestaen of ghelegen is, verbeurt sConincx ons gheduchs heeren proffyten, de misen van justitie daervan al vooren ghededuceert. Pronunchié den 23 december 1595.
 
4. Hondschoote, schepenen, 29 februari 1596: Lynken van Brugghe[6]
 
Omme de menichfuldeghe zware ende stercke indicien, conjecturen ende presumptien van sorteligie resulterende ten laste van Lynken, filia Passchier van Brugghe, last weduwe van Mahieu Coloos, oudt LVIIJ jaeren, ghebooren van Cassele, zoo uuyt heure eighen ende vrywilleghe confessie by confrontatie ende andersins in iudicie ten diverschen tyden ende stonden ghedaen, alsooc uuyten informatien ende oorcondscepen daerop ghehoort, merckerlic uuyt diversche propoosten van den voornoompden Coloos, hueren man om ghelicke crim onlancx ghejustitieert, die hy gedeurende zyne detentie diverschelic zoowel in jugemente als daer buyten heeft ghehouden, daerby tacite bekent ende ontdeckt hebbende de culpe ende vuylicheit van voornoompde zyne huusvrauwe. Item de visitatie by haer de laste reyze ghedaen van heuren man in vanghenesse als zoe verstaen hadde dat hy zyn schult ende misdaet hadde ghekent ende zeyde tot hem: “Mahieu ghy en hadt my zulcx niet belooft”, conforme heure judiciele kennesse. Item haere vlucht ende abandonnatie van diversche meuble goedynghen ten huuze daer zou woonde terstondt naerdat zoe hadde verstaen tvoorschreven verlydt ende confessie van den voorschreven heuren man, hebbende heur vertreck ghenomen alhier tHondschoote, eerst ten huuze van Meester Jan Juliaen ende daernaer ten huuze van Maerten Pelgrem, van waer zoe wederomme op den vlucht was met een partie van heur goet ten tyde van heur ghevanck omme te trecken, zoo zou ghekent heeft, naer Dunckercke, hoewel nochtans dat zoe bevonden was bezich zynde met een waghen te heuren op Ipre, hebbende over de haeghe aldaer gheworpen een pacxken met een paer slaeplaeckens, een hemde, een lyveken ende voorts ghemeent te abondonneren ten zelven huuze een bedde, oorpal, slaeplaekens ende anders. Item heure opene kennese, emmers van tot vier stonden ghekeernet thebbene tweemael op eenen dach van de melck van twee coeien, nochtans bedreghen wezende by de confessie van haeren man van tzelve zeere dicwyls ghedaen thebbene ende dat hy daervan huer dicwyls hadde bekeven. Item de groote tardele by haer ghedaen maeken ofte ghecocht van Sanders Stappen daermede zou ter marct ghynck, die haer vraechde wat zoe met zoo groote een tardele wilde maeken want ze groot ghenouch om twaelf coeien te melken daer nochtans zou maer twee coeyen hadde, daerop zou hem antwoordde: “Wat gaetet u an als ghy betaelt zyt?”. Item tverclaers by haer ghedaen an de huusvrauwe van Pieter Stevaert, ende tzelve diverschelic in jugemente naer confrontatie verkent, dat zou weet van een teele een half pondt bueter ende van de meeste drievierden pondt, daer nochtans heure teelen niet meer en onthielden dan twee ofte drie schuttels. Item tverclaers by haer ghedaen an de huysvrauwe van Meester Jan Juliaen naerdat zou gheabondonneert hadde heur huus ende goet te Warhem, zegghende met weenen ende zuchten dat zoe een zaeke op haer herte hadde die zou om gheenen goet ter werelt an yemant en zoude durfven te kennen gheven. Item de recitacie van heurlieden daeghelix ghebedt domminicael tot de clauzele: “Ende laet ons niet vallen in tentatie etc excluz", de welcke clauzele zou te meer tyden beleden heeft noeyt ghekent thebbene voor dat myne heeren van der wet in heur examen tzelve hadden voorghezeit ende heur gheleert. Item de substantien van zalve met een brocke regael in diversche glaezekens ende potkens met twee lange messen, beede neffens anderen mette puentten nederwaert achterhaelt ende bevonden, dwelcke zou ghedolven hadde voor haeren vlucht opt oost hende van de bogaert daer zou te Warhem hadde ghewoont ter zyts an eenen pit daer eenen boghaert hadde ghestaen, zegghende tzelve ghedaen thebbene by laste van hueren man, ende dat de voornoompde messen wel zeven jaeren hadde ghesteken in een schaprai thueren huuze mette puenten nederwaert. Waerop ende meer andere diversche indicien ende presumptien tvoornoompde Lynken gheen suffisante satisfactie hebbende connen gheven ende by dien metter torture van gheesselynghe gheexamineert gheweest hebbende, voorts daernaer bloot ghemaect metten scheerze van alle heur haer ende ghezet omme bewaert te worden zonder slaepen, en heeft van gheen maelefaict van sortelegie willen kennen nochte belyden dan alleenelic, vrymoedelic wezende buyten alle pyne, dat zou in de voor zomer latstleden ghecommen zynde up eenen dyssendach ten huuze van Jacob van der Muelen in Warhem ende aldaer vyndende dhuusvrauwe van den zelven Jacob, heuren compere, die zadt ter zyts van de heert bezich wezende met haer kyndt te zuughen te gheven, twelcke was tvoornoompde Lynkens Villen, heeft ghezeyt: “Wat grote boezems zyn dat, ghy hebt de dobbel crone, tzyn boezems om een cuenyncken te zoghen”, ende daer over stryckende heur handt heeft de zelve betoovert. Ende tzanderendachs, alzoo dat den voornoompden Jacob heur toequam ende clouch dat zyn huusvrauwe heur zoch verloren hadde, zegghende: “Wiste ick dat eenich mensch tzelve ghedaen hadde, ick zoude hem zyn herte in zyn handt gheven”, zeyde zou: “Compere zyt gherust, tzal wel beteren”, ende op den zelven dach heeft zou de zelve tooverynghe ghebetert, zo by den oorcondschepe tzelve eensdeels ghebleken is, instantelic. Ende scherpelic ghevraecht zynde wat woorden ofte substantie zou ghebruuckt heeft omme de voornoomde toverie te doene ende daernaer te beteren, heeft ghezweghen ende daernaer ghezeyt: “Beyt ick zalt gaen zegghen”, beghinnende midts dien heure keele te heffen op ende te roeren hueren mondt zonder yet te spreken. Dan ghevraecht synde of zoe niet en conste zegghen ende of den boosen gheest tzelve haer verboodt, zeyde binnenmonts: “Jae”. Vermaent zynde dat zou God zoude aenroupen ende den boozen gheest afgaen, en heeft niet ghesproken dan ghynck den mondt altyts over ende weder ende den crop hief op ghelyck of zou hadde willen spreken ende en conste tzelve niet uuytbringhen. Midts welcken oncleet wezende ende ghesleghen met roeden op heur bloote lichaem, heeft de mondt ende de keele meer ende meer gheroert, ende ghevallen zynde plat ter eerde, heeft huer ghewronghen ende ghewroetelt ghelyc of een bezetene. Ende want op heur gheropen wiert dat zou Sathanas zoude afgaen ende heur betrouwen op God stellen, en heeft niet willen ofte connen spreken. Dan heeft heur vertoocht een zwarte plecke boven huer slyncker ooghe die zomptyts meerder ende zomtyts minder was ende ooc terzyts van heure keele, de welcke men zach zwellen ende opheffen, hebbende de tonghe in de mont ghezwollen ende zwart, ende roerende den mondt zonder spreken. Naer lanck gheroup dat men heur altyts vooren zeyde: “O Jhesus, Davids zone, ontfermt u mynder”, heeft int hende binnensmonts van woorde te woorde naer ghezeyt, nemaer zeere traeghelic ende zoo dat men de woorden qualick conste verstaen. Onderwyls haer ghewyt water innegheghoten zynde, sloot heur mont zomptyts toe ende cnabbelde metten tanden op tglas ghelyc oft pyne dede tzelve inne te nemen. Ende altemets ghesleghen met roeden op heur lyf ende beenen, schoorde zou haer teghen ende riep: “du warinne”. Ende wanneer men haer vooren zeyde dat zou aenroupen zoude God almachtich, bleef altyts zegghen “du warinne”. Ghevraecht zynde oft was den naeme van den boozen gheest die heur regierde, zeyde binnenmonts “Jae”. Ende zoo gheweest hebbende zekeren tyt, somptyts wat uuyte ende inne sprekende op tgone dat men heur vraechde nemaer luttel ten propooste, roerende den mont ghelyc of zou wat hadde ghecnabbelt ende de keele swelllende, zach men alsnu onder ander beens alsdan wat hogher, ende daernaer in de buuck wat roeren ende speelen. Eyndelynghe ontrent XJ uur in den avont heeft zy ghegheven heure gheest zonder dat nochtans haer aenghedaen wiert ander tormenten dan mette slaeghen van roeden. Wezende tzelve al presumptieve tekenen dat den boozen vyandt haer gheholpen heeft an heure zoo haestighe ende subite doot, apparentelic de waerheyt van voorder actien van sortelegie daermede zoe zoo vehementelic berucht was, te bedecken ende verhoolen te houden. Dezen volghende ende tgonne voorschreven al ghemerckt, schepenen ende keurheeren der stede ende heerlichede van Hondschote, ter maenynghe van Joncheer Ferdinand de Warigny, bailliu der zelver stede ende heerlichede, op al ghelet, wyzen ende ordonneren het doode lichaem van voornoompde Lynken ghevoert te worden ter plaetse patibulaire ende aldaer begraven onder de galghe, voorts de potkens ende glaezekens met zalve, de brocke regael ende de twee messen boven vermelt, naer dat ze in sticken zullen ghebroken wezen, alle te zaemen int vier gheworpen ende ghebrandt, confisquerende alle heure goedynghen, roerende ende onroerende, waer de zelve ghestaen ende gheleghen zyn ten prouffite van den heere ofte den gonnen diet met rechte toebehoort. Aldus ghepronunchiert in open ghebannen vierschare den XXIXen sprocle XVCIIIJXX zesthiene.
 
5. Bergues, schepenen, 28 maart 1596, Joosyne Wecsteen[7]
 
Omme dieswille dat ghy Joosyne, filia Gillis Wecsteen, ghebooren van Belle, eertyden weduwe van Gillis Carette ende nu huusvrauwe van Jan Herrewyn, woonende binnen deser stede, oudt ontrent LIX jaeren, u vervoordert hebt over XXV jaeren ende bet, verghetende Godt ende zyn heilighen gheboden de zelven uwen ende onsen schepper ende zalichmaeker metgaeders de heilighe hoochweerdighe sacramenten, namelyc af te gaen en ghemeenschap ende compact te maecken metten boosen helschen viand welcke in ghedaente van een jonman ghy u ghewilliclick alsdanne overghegeven hebt in ziele ende in lichaeme, hem eere ende reverentie andoende. Met hulpe van den welcken, hem aenroupende ende andersins useerende daertoe van ongheoorlofde ende ghereprobeerde middelen, ander lieden boter by processe vermelt, ghy woonende alsdanne jeghens over den zusterken boven, tuwaerts gheapplicqueert hebt den tyt van twee jaeren profficteerende volghens u verclaers ghenouch alle XIIIJ daeghen vier ponden booters. Ende continuerende by u int voorschreven enorme ende damnable verlochenen van Godt almachtich, hebt noch offerande ghedaen an den viant met hem te presenteren ende gheven twee diverssche stonden in u hof telckent eenen levenden carper ende daer te vooren eeven franc, wesende hy viant alsdanne ooc in ghedaente van eenen joncman van XIX ofte XX jaeren ghecleet met een zwart paltrocxken ende hebbende ghelyc peerdevoeten, die hem onlancx te vooren aen u ghepresenteert hadde in de ghedaente van een groote zwarte catte, hem naemen den duvel Barlick, daermede ghy ooc, hy wesende alsnoch in de zelve ghedaente, onderspraeke ghehadt hebt, duer assistentie ende aenroupen van den welcken helsschen viand hebt ghedaen rampeneeren ende de moort steken drie peerdebeesten ende noch eenighe coebeesten, niet zonder vehemente suspitie van meer beesten in dier voughen bedorfven ende argher quaet ghedaen thebbene, zoo omme u te wreken van de persoonen diese toebehoorde als andersins. Ende vallende van teen quaet int andere u noch zoo verre hebt gheabondonneert an den helsschen viand als van u te laeten van hem misbruucken ende vleesschelick bekennen tot achte ofte neghen reisen, danof de letste was gheleden twee jaeren tuuschen Paesschen end Sinxschen, zoo van als de wet duechdelick ghebleken es by u eyghen gheitereerde confessie ende anderssins omme ghenoughen, wesende alle ongoddelicke, leelicke ende execrabel zaeken niet lydelick zonder condigne punitie andere tot terreure ende exemple, omme al twelcke zyt alhier by den heere te rechte ghepresenteert, maekende criminelen heesch ende calaingue tuwen laste overghevende. Schepenen ende cuerheers der stede ende casselrie van Berghen Sente den zelven heesch ende calaingue ghehoort, metgaeders uwe excusen ende deffensien, daerjeghens recht doende ter manynghe van haeren rechten maenheere, hebben u Joosyne ghewyst ende ghecondemneert, wysen ende condemneren u by desen ghebrocht te worden by den officier crimineel up een schavoot up de marct deser stede ende aldaer ghebonden an een staecke gheexecuteert te zyne metten viere zoodatter de doot naervolghe, ordonneeren voorts u doode lichaeme ghevoert te worden ter plaetze patibulaire buuten deser stede ende aldaer gherecht te zyne aen een staecke, verclaersen noch al u goet gheconfisquiert Sconyncx ons gheduchs heeren proffycte, de myzen van justicie danof alvooren ghededuceert. Ghepronunchiert in opene ghebannen vierschaere, den XXVIIJ marty 1596.
 
6. Bergues, schepenen, 30 maart 1596: Maillaert van Ercke[8]
 
Omme dieswille dat ghy Maillaert van Ercke, de zoone Pieters, oudt ontrent LXV jaeren, backer van uwen style, woonende binnen deser stede, u vervoordert hebt over XXVIIJ jaeren ende let verlaetende Godt almachtich ende zyne heilighen, waeranne hem ende alle dat hem annegaet, af te gaene ende ghemeenschap maekende metten helsschen viand, hy wesende in ghedaente van een joncman, groot van statuere die hem nomde Satenas, hebt vrywillich an den zelven u overghegeven, ende al knyelende tot drie ofte vier reisen telckent ontrent Sinte-Jansmesse in den donckeren avonstont in u hof anbeden, zoo hem doende reverentie ende eere de goddelicke Majesteit alleen toebehoorende. Hebbende den zelven Satanas u ghelast te versmaeden het teecken des heilichs cruus ende verboden gheen meer te maecken, ende u daernaer ghenaekende, ghegheven een teecken in u rechter handt dat ghy den juge vrymoedelick te meer stonden ghetoocht hebt. Deur middel van welcken viand, useerende van ongheoorloofde ende ghereprobeerde middelen, hebt eenighe booter van zeker persoone by processe vermelt tuwaers gheapplicquiert tot XVJ ofte XVIIJ male volghens u zelfs verclaers profficteerende, danof zomwylen drie pondt booters de weke. Welcke ghereprobeerde middelen ghy ooc aen wylen Joossyne, dhuusvrauwe was van Jan Herrewyn, annegheven hebt ende dies nietmin noch langhe tyt daernaer es by u toedoene den helsschen viand an haer ghecommen in ghedaente van een groote zwarte catte omme haer te versterken ende helpen in zeker ander zaeken daertoe zou, tot u claeghende haeren noot, uwen raet ende bystant verzochte, hebbende ghy langhe daer te vooren deur middel van den zelven uwen Satanas zeker vraupersoone ooc by processe ghedenommeert met gheduerighe ziecte ghehindert ende ghedaen quellen ende daerenboven up de zelve tyt noch ghedaen de moort steeken zeker drie coebeesten toebehoorende wylen Remy Haezebaert, metgaeders ter cause van zulcx by wylen Margriete, huusvrauwe van den zelven Remy openbaerlick hadde verwete gheweest, hebt deur een groote ende onversaedelicke wraecghiericheit, eerst met ziecte ende quelaeghe, met anroepynghe van uwen voorscreven Satanas ende andersins ghedaen sterfven ende noch anderwarf verstoort zynde up de voornompde Margriete die up u gheroepen hadde ghy toveraer, ghy bloetsuupere, ghy hebt myn vleesch ende myn bloet ghesopen, u willende volghende u verclaer vlieghen in u kinnebacke, hebt de zelve insghelycx met groote ende zwaere crancheden ghetravailleert ende ghequollen zulcx dat zou endelynghe apparentelick danof ooc ghestorfven es, niet zonder vehemente presumptie van meerder hinder ende quaet ghedaen thebben, ghemerct ghy noch over vier ofte vyf jaeren metten boosen viand ghesproken hebt in het schottershof van de ghilde van Sente Barbel alhier ende merckelick up doostzyde van den voorscreven hove u vraeghende den zelven viand of ghy niet en begheerde ende dat ten miserie van de voorscreven Joossine zoo van als de wet duechdelick ghebleken es by uwe eyghen gheitereerde confessie ende andersisn omme ghenoughen, wesende alle ongoddelycke ende execrabel delicten niet lidelick zonder condigne punitie anderen tot terreure ende exemple omme alle twelcke zyt alhier by den heere te rechte ghepresenteert maekende criminelen heesch ende calaigne tuwen laste, burchmeestere, schepene ende cuerheersders stede ende casselrie van Berghen Sente-Winnocx, den zelven heesch ende callaingue ghehoort, metghaders uwe excusen ende deffensien daerjeghens recht doende ter manynghe van hueren maenheere, hebben u Maillaert ghewyst ende ghecondemneert, wysen ende condemneeren u by desen ghebrocht te worden by den officier crimineel up een schavoot up de marct deser stede, ende aldaer ghebonden aen een staecke gheexecuteert te zynne metten viere zoo datter de doot naervolghe. Ordonneeren voorts u doode lichaeme ghevoert te worden ter plaetze patibulaire buuten deser stede ende aldaer gherecht te zyne aen een staecke, verclaerende noch alle u goet waer tzelve ghestaen ofte gheleghen zy gheconfisqueert Sconyncs ons gheduchs heeren proffycte, de mysen van justitie alvooren ghededeuceert. Ghepronunchiert in opene ghebannen vierschaere der stede ende casselrie van Berghen, Sente-Winnocxs tsaterdaechs den voorletsten marty 1596.
 
7. Diksmuide, schepenen, 24 juli 1596: Thaene Shaezens[9]
 
Omme dieswille dat ghy Thaene Shaecens, weduwe van Heyndric de Haeze, oud LXXVIIJ jaeren, poortresse deser stede, gheboren van Caesekenskercke, u zelven zooverre vergheten hebt ende te buyten gheghaen zyt, als dat ghy over bet dan XV jaeren, by uwe vrye wille afghegaen hebbende God almachtich uwen scepper ende verlosser en ook u christen ghelove, belofte ghedaen hebt te dienen ende an te hanghen den duvele van der helle, ghesleghen vyant van al dat menschelick gheslachte, die hem vertooghende was in de ghedaente van een man int swarte gecleet, hem presenterende, in de verzekertheyt van de bovenschrevene uwe belofte, een zwart levende henneken dat ghy daer te vooren ter marct ghecocht had, die u ooc beloofde te doen hebben al tgonne ghy van hem zou begheeren. Ende naerdien ghy ten voren tyde van hem gheteekent zyt geweest, hebt u vervoordert metten zelven, jeghens nature ende alle redelickheyt, vleeschelick te converseeren. Welke belofte teeckeninghe ende versaeckinghe gheschiet is thuwen huuse daer ghy waert wonende in Caesekenskercke, hebbende dezelve belofte daernaer noch gheconfirmeert ende bevesticht doen hy u ter vele stonden veropenbaerde in de ghedaente van een swarten hondt. Ende hoewel dat ghy zulck een afgrysselicken compact ghemaect hebbende metten boozen, u wel behoordet daermede te vreden ghehouden te hebben zonder uwen evenmensch te hinderen ofte beschaedighen in zyn lichaem, vruchten, beesten, zuvele ende andere ghoederen, nochtans persisteerende van quaet in arghere, bezyden stellende Gods gheboden ende alle rechte, hebt u vervoordert diversche goede lieden te hinderen, beschadighen en verlies an te doene by middele van tooverie die ghy gheleert had van een vrauwe ghenaemt Maeyken, de weduwe Cornelis Vervaert, oudt XL jaeren, ghebruckende daertoe zeker pouderken ghelick bussecruyt, twelcke tuwer maeninghe u ghebrocht wiert by denzelven boozen, ghenaemt ‘Maerten’, dat ghy allemets zelve ende zomtyds by hem deit smyten in der weeden wedding (sic) en daer betrent daer de beesten waeren loopende om dezelve alzoo te doen zwellen ende rampeneeren, ende onder andere de beesten van Jan Elyas, Adriaen van Middelem, burchmeester deser stede, Jan Warkin ende van meer andere ghoede lieden thuurlieden grooten verdriete, breeder by de informatie ende uwe confessie behelst. Ende dat meer es, hebt doudtste dochter van Jan Oudolf, ghenaemt Maeyken, langhe en vele tyts doen quellen, waervoor ghy hadt van den boozen een ghulden, niet zonder merkelicke suspicie dat ghy ooc langhen tyt groote ziecte en quellynghe anghedaen hebt den persoon van Jan Peper en zyn wyf in huurlieden lichaem, daervoor ghy hadt een ghulden, zoo ghy daer te vooren jeghens hem in questie zynde, vermeten en gedreight had te doene, ende hoewel dat ghy zoo langhen tyt in zulcke verdoemelicken staet levende, behoordet achterdincken ende leetschap gehadt te hebbene, nochtans daerinne persevereerende onder tpretext van godvruchtichheyt, en hebt niet laeten daeghelickx twoord Gods ende den goddelicken dienst te comen hooren ende alle vrydaeghe de XV bloetstortinghen Ons Heeren te lezen omme alzo tvolck te verabuseeren, niet zonder groote suspicie dat ghy de conste van tooverie voortgheleert hebt ende oock in diversche vergaderinghen gheweest met Lyne, twyf Jan de Keysere, Calle, twyf Robert dOosterlinck ende andere uwe complicen, alwaer ghylieden gheaccompagneert zyt gheweest met elk zyn lief van dhelle, doer alwelcke abdominable ende verschrickelicke faicten de fornicheyt ende gramscap Gods ontwyffelick verwect wort, wesende zaeken niet lydelick zonder straffe pugnitie te doene, zoo die wel meriteert. Ghezien de calangue van den heere thuwen laste ghemaect, dinformatie, confrontatie ende uwe belydenisse zoowel in de pyne als buyten pyne ghedaen, scepenen recht doende ter maeninghe van den bailliu, huurlieden gherechte maenheere, wyzen en condemneeren u Thaene Shaecens alhier present ende voor ooghen, ghestelt te worden an eene staeke ende ten respecte van u ouderdom eerst verworcht te worden ende met den viere ghebrant[10] zodatter u doot naervolghe, ende daernaer u lichaem ghehanghen buuten der stede an eene potencie in exemple van andere. Verclaerende voorts alle uwe goedinghen gheconfisqueert zooveele als confiscatie plaets heeft ende dit ten profyte van tgonne diet metten rechte bevonden zal wezen toe te behooren.
 
8. Hondschoote, schepenen, 18 augustus 1596: Margriete Marel[11]
 
Omme dieswille dat ghy, Marguerite, filia Vedast Marel, gebooren van West-Berquin, oudt ontrent LXV jaeren, huusvrauwe van Bricx Meindal ende daer tevooren weduwe van Pieter de Grave, Joris Rogier ende Philips Barbari, u vervoordert hebt zedert XV ofte zesthien jaeren herrewaerts te verlaeten ende verloochenen God almachtich, uwen scheppere ende zalicmaeker, ende u over te gheven an den boozen vyandt van der helle, hem vertoghende ende presenterende an u in menschelicke ghedaente ende die hem dede namen ‘Cortsteert’. An den welcken ghy ter meer tyden hebt ghedaen sacrificie ende met wien ghy gheleet gheweest hebt in de vergaederinghen van diversche ander toveraers ende booze gheesten, aldaer homage ende reverentie ghedaen an den prince der duvelen, zitttende verheven op eenen blocq in menschelicke ghedaente, metten voornoompden booze gheeste ‘Cortsteert’ ghedanst ende daernaer met hem ghecommittteert het detestable crim van sodomie, ontfanghende zyn zaet cout ghelyc als ys. Ende voorts van hem ten twee stonden ontfanghen pouderken daermede ghy bestroeyt ende ghemalificieert hebt diversche personen. Merkelic is gheschiet ontrent twee jaeren voor den brandt ende distructie dezer stede ende heerlichede, dat ghy ghehuwet zynde metten voornoompden Jooris Rogiers, u vyndende belast met vyf kinderen tmeeste oude van ontrent zeven jaeren ende noch broot noch gelt hebbende, zyt op zeker zondach ofte mesdach uuyt onverduldichheyt ghegaen wandelen mette voorzeyde uwe vyf kynderen naer de Brouckstraete, ende ghecommen zynde ontrent de plecke daer Andries de Zayer woont, heeft hem vertoocht den boozen gheest in de ghedaente van een jonck cnecht van ontrent XIIIJ jaeren, ghecleet int bruyne, (die ghy alsdan noch niet en kende), welcken gheleyt hebbende ghelt op den boort van de straete, is met een ghedruusch gheschoten deur de haeghe, op wien ghy gheroopen hebbende: “Knecht ghy hebt u ghelt hier laeten ligghen”, heeft den zelven boozen gheest ghezeyt: “Ick pardon, tis voor u”. Tzelve ghelt hebt ghy opgheraept ende ghetelt datter was XXV grooten, daeronder een Brusschen leeuwe van vyf stuvvers ende de reste oneffen ghelt, te weten stuuvers en zeskens min ende dierghelycke. Ontrent drie weken daernaer ghecommen zynde ter Brouckstrate om uwen ghistkorf te haelen uuyten schepe ligghende in de vaert achter tHertken, is andermael aenghecommen den zelven boozen gheest ontrent de plaetse daernaer als de vergaederynghe gheschiet is in de ghedaente alsboven. Die u te kennen ghaf zynen naeme ende belaste u savonts aldaer wederomme te commen met u brynghende een haentgen. Twelc ghy hem toeghezeyt hebt te doenen ende alzoo ghedaen savonts ontrent den donckeren ende claeren, daertoe bemaent wezende in uwen gheest ende wech bevonden zynde dat ghy niet en weet in wat manieren of ghy ghedreghen waert ofte vloocht, emmers u dochte dat uwe voeten roerden ende nochtans en ghenackten gheen eerde. Ende ghearriveert zynde ontrent de platze van de vergaderynghe, de welcke gheschiedde op een sticxken by vorme van een driehouck beplant met bomen ende afgheloken op hem zelven, ligghende tusschen tHertgen ende het Cappelleken bezuuden de straete, heeft hem ghepresenteert voor den inghanc van den voornoompden driehouck den voornoompden boozen gheest Cortsteert, an wien ghy tvoornoompden haentgen ghegheven hebt ende hem alzoo sacrificie daermede ghedaen hebt, verloochende God almachtich ende renunchierende u deel hemelryck met belofte van hem by te blyven, midts dat hy reciprocquelic beloofde u by te staene ende in ghenen noot te laeten. Tzelve ghedaen, heeft hy u metter handt ghebracht in de vergaederynghe (wiens handt u dachte te wezen ghelyc een ghewaepende handtschoe), aldaer ghy bevonden ende ghezien hebt diversche mans- ende vrauwepersonen, staende rondomme an een banck daerop dat lach een caut, bruyn broot ghelyc als cruutkoucke in diversche sticken ghesneden, metgaders een houtten platteel met diversche brocken versch schaepenvleesch, voorts een houtten kanne met bier ende een houtthen croes, tbier was gheheel bruyn. Int midden van den driehouck zadt op eenen blocq eenen meerderen dan alle dandere in de ghedaente van een groot ende straf man zonder hoet met lanck ende dunne haer, an den welcken ghy ende alle dandere van de vergaderynghe int passeren telcken reverentie ende homage ghedaen hebt, legghende elc ulieden handt op zyn schouder. Hebt aldaer gheluyt ghehoort ghelyc als van een doncker fluute. Voorts drie keeren ghedanst hebbende metten voornoompden Cortsteert, hebt een broucke vleesch ende een snee broots ghenomen, nemaer, zo ghy zecht, daerof niet gheprouft ende naemaels wech gheworpen. Ende terstont daernaer by den voornompden Cortsteert terzyts gheleet, heeft u vleesschelic bekendt. Ende zyt voorts wech bevaeren ende thuus gherocht zoo ghy daer ghecommen waert. Zekeren tyt daernaer heeft den voornompden Cortsteert hem wederomme an u vertoocht onder dofven (sic) van u huus daer ghy als dan woondet in de vaete dreve (sic) ende heeft u ghegheven zeven stuuvers te weten eenen Brusschen leeuwe …. (onleesbaar woord) ende de reste in clueterynghe, ende voorts noch wat bruyn pouder, ghewonden in een graeu pampier, u belastende tzelve te ghebruucken in sduvels naeme op de gonne die u zouden begecken ofte hinder doen. Ende te meer dats ghy nemen zoudt, te meerder ende langher pyne zouden zy lyden die daermede bestroeyt zoude wezen. Twelck pouder ghy zecht naemaels verlooren thebbene zonder daerof yet te ghebruucken. Den zelven boozen gheest heeft u ten zelven tyden andermael belast tsavonts te commen ter vergaederynghe ende mede te brynghen een haentgen, twelcke ghy ghedaen hebt. Ende tis gheschiet alsghelyc als deerste reyze met reiteratie van verzaeckynghe van God almachtich, belofte van den duvel by te blyven ende voorts met homage, dansynghe, bancqueterynghe ende vleesschelicke conversatie als daer vooren. Naer den brant ende destructie van Hondschote, aldaer wederghekeert ende ghewoont hebbende ontrent vier jaeren, is den boozen gheest wederomme u toeghecommen op zekeren tyt ontrent de drie uren naer noene op de weede wylen toebehorende Pieter Vasseur zoo ghy te weghe waert om te gaene naer de muelen, in de ghedaente van een man, nemaer wat meerder dan de voorgaende reyzen. Die u ghevraecht heeft wat dat ghy met het pouder ghedaen hadt twelck hy tanderen tyden u hadde ghegheven. Ende hem hebbende gheantwoort dattet verlooren was, heeft hy u ander pouder ghegheven ghewonden in een graeu pampier ghelyc als voorgaende, u belastende tzelve te oirboren op de gonnen die u zouden begecken. Twelcke ghy ontfanghen hebt ende over u ghedreghen in een locxken ghesteken achter an uwe tassche. Zekeren tyt daernaer, zoo ghy noch tvoornompden pouderken niet en hadt gheoorboort emmers zoo ghy zecht, in zeker avont tusschen den donckeren ende den claeren gaende in de houtstal daer ghy alsdan woonde op de beke, zyt ghesteken gheweest op uwe borst met zulcke vehementie dat ghy achterwaerts omme zyt ghevloghen jeghens het houdt dat uwe rugghe ende schouder gheheel blaue is gheworden ende wel een maent daerof te bedde gheleghen zonder nochtans dat ghy yemant zaecht. Dan heeft Jaequemyne Socx, die ten tyden woonde in het cuecken ten zelven huuze, u ghezeyt dat zoe hoorde eenen voix zeggende: "Ghebruuct dat goet”. Naermaels heeft tzelve pouderken ghebruuct eerst op Mayken, de weduwe van Laurens Carre, ten huuze van Pieter Janssuene heur stroyende tzelve met uwe handt over heur leden omdat zou u hardelic toesprack ende u hadde opgheteghen de betoverynghe van Mayken, de weduwe van Jan van den Bussche, uwe schoondochter, zoodat zou metter daet terstont ghevoelt heeft groote ende onverdraghelicke pyne ghelyc oft met spellen ende naelden daerinne hadde ghesteken, daerof zou zidert te bedde gheleghen ende pyne wel heeft gheduert een maent ofte zes weken. Daernaer hebt met tvoornoompde pouderken bestroeyt Jozynken, de weduwe van Pieter van Tulle, op zekeren tyt dat ghy met haer sprackt op de straete ontrent thuus van Jan Oste in ghelycke redenen dat zou u hadde beclapt mette betoverynghe van de zelve uwen schoondochter, naer zulcx dat zidert de voornoompde Jozyne gheweest heeft in continuele pyne ende noch is. Ende voorts noch Colynken, dhuusvrauwe van Joris de Cas, op zekeren tyt doen ghy heur gaeft te tasten u been, omme dieswille dat zou zeyde dat men daeranne niet en zach, dies hy dochte in u zelven ic zal wel maeken dat ghy ooc bevoelen zult wat pyne ick lyde, in der manieren dat op den voet voornompden Colyncken ghevoelt heeft doperatie van de zelve maleficie over haer schouder ende leeden ghelyc als poinctueren van nettels, naelden ofte spellen, ende zidert altyts heur by ghebleven is. Alles achtervolghende uwe opene confessie, binnen ende buyten de pyne van torture verleden, ende ten diversche tyden ghereitereert ende ooc inghevolghe van de informatien ende confrontatien ten dien ghehouden ende ghedaen, niet zonder presumptie van veel ander maleficien by u noch meer ghecommitteert, wezende alle sticken ende delicten abominable ende horible ende begrypende apostasie, idolatrie, sacrilegie, blasphemie, adulterie, sodomie, sortelegie, maleficie ende alderhande gruwelicke delicten jeghens ende in versmaedenese van de goddelicke Majesteyt ende zyn helich ghelove, ende voorts in preiudicie van smenschen ghezontheit, leven ende welvaeren, ende by dien gheensins lydelic noch verdraeghelic zonder exemplaire punitie. Dienvolghende, ghehoort den criminelen heesch ende calaengue van Joncheer Ferdinand de Warigny, bailliu, uuyter naeme van hooghe ende moghende heer Mer Joris van Hornes, Grave van Houckercke, Baenderheere van Hondschote etc, tenderende ten fyne van u ghecondempneert thebben by den scherprechter ghebracht te zyne an een staeke totten pulver met confiscatie van uwe goedynghen waer die ghestaen ende gheleghen zyn theeren prouffite, schepenen ende kuerheeren der voorzeyde stede ende heerlichhede van Hondschote, op al ghelet, ter manynghe als vooren, recht doende, hebben u Margueriete voornoompt ter cauze voorschreven ghecondempneert ende condempneren by dezen by den officier crimineel gheleet te zyne voor het stadthuus dezer stede ende aldaer van levende lyfve ter doot ghebrocht te zyne metten stroppe ende vier ende daernaer u doode lichaem ghevoert ende ghehanghen te zyne ter platze patibulaire, verclaerende alle uwe goedynghen, tzy meuble oft immeuble, gheconfisqueert sheeren prouffite ofte diet met rechte toebehoort. Aldus ghepronunchiert in vierschaere den XVJden ougst XVC IIIJXX zesthiene.
 
9. Bergues, schepenen, 6 mei 1597: Catelyne Coopman[12]
 
Omme dieswille dat ghy Catelyne, filia Quinten Coopman, huusvrauwe van Jan van Bocstaele, daer te vooren weduwe van Antheunis de Portere ende voor hem van Passchier Inghels, oudt ontrent XLJ jaeren, ghebooren van Ghivelde, wonende binnen deser stede, alzoo ghy over zes jaeren ofte daerontrent waert steperende den tyt van ontrent XIIIJ daeghen ten huusse van wylen Joris de Beere in de prochie van Warrhem, verghetende God almachich ende heilighe ghebooden, u hebt laeten instrueeren ende onderwysen van den zelven de Beere, die binnen deser stede omme tfaict van tooverie metten viere gheexecuteert es gheweest, omme ghemeenschap te maeken metten helschen boosen viand. Dienvolghende hebt up den zelven tyt in den wyntere ten thien hueren in der nacht in der zelfs de Beeres hof ghestelde plaetse u te dien fine ghevonden ende an den voorscreven helsschen viand, die ghy noomde Hansken, den zelven u vertooghende in ghedaente van eene spreeuwe, belooft hem nyet af te gaene. Aen wyens boos inghevenen ende belooften ooc ghehoor ghevende, hebt u van hem ghelaeten teeckenen achter uwe rechter oore, zoo het teecken claerelic ghezien esn ende God almachtichn onser aller schepper ende zalichmaeker, ter zelver tyt ende plaetse afghegaen ende verloochent. Ontrent de vyf daeghen daernaer den voorscreven viand es u noch ghecommen vinden in de ghedaente van een man ten huuse van Cateryne Toxt, daer ghy alsdan thuus laeght in de prochie van Warrhem, metten welcken tvoorscreven contract verrasschende, hebt duer hem gheproffiteert een achterdeel erweten, int bringhen van dien den zelven viand compareerende in ghedaente van een zwarte catte wederomme in vier daeghen daernaer met zeker lycteken dat ghy maecte hem gheroepen hebbende, hebt noch van hem gheproffiteert drie achtendeel terwe van zeker persoon by processe vermelt, dicmaels daernaer den voorscreven helsschen viand in ghedaente van een spreeuwe ghecommen zynde u vinden metgaeders ooc in ghedaente van een joncman. An den welcken ghy u noch begherende, hebt u te twee stonden laeten voeren ter vergaederynghe van vianden ende toveraers, eerst int clooster elst in dese zyde van de duere ende eens in een groote panne up gonne zyde van maere ontrent Lichtmesse die leeden een jaer, alwaer ghy den goone die ghy naende Coninc aldaer hem aenbiddende, eere ende reverentie anneghedaen hebt metgaeders uwe damnable ende execrabel beloofte vervascht ende vallende van teen quaet int andre, hebt u zo verre gheabondonneert an den helsschen viand voorscreven als van u te laeten van hem misbruucken ende vleesschelick bekennen de voorscreven twee reisen telckent ghekeert zynde, te weten eens ten huuse van den voorscreven Herrewyn ende de tweede reise binnen deser stede tuwen huse int hof, naer welcken nyet desisteerende questie ende gheschil ghehadt hebbende jeghens zeker vraupersone by processe gheroert zwaer van kinde wesende, hebt noch met ongheoorloofde ende ghereprobeerde middelen gheleert van de voorscreven de Beere, devoir ghedaen om haer te hinderen. Ende ziende dattet nyet en wrochte, hebt andermael ghelicke onbehoorlicke middele ghebruuct omme hemlieden te bederfven, vallende tquaet van dien up haeren kinde. Daerenboven hebt by ghelicke middele betovert drie coeyen toebehoorende zeker andere persoonen by processe gheroert profficterende van elcke vyf stuvers, twee calfvers waervooren ghy hadt vyf grooten van elc, metgaeders ooc een zyne meerrie daervooren ghy ontfinct vier pont parisis ende noch anderhalf ghevende havers daervooren ghy haddet twee rasieren, laetende an den voorscreven uwen viand tderde van alles, emmers de weerde van dien, twelcke hy quam haelen tuwen huuse. Hebbende noch tvoorleden jaer betovert een ghemet boonen ooc toebehoorende zeker lieden by processe begrepen, danof ghy proffiteerde twee rasieren daervan ghy den voorscreven viand ooc gaeft een derde als voorscreven es, ende een witte schabbelaeken vercreghen hebbende van een kint dat ghy ghehuert hadde omme te draghen een torse in den uutvaert van de overleden vrauwe van den nieuwe cloostere dat ghy te verfven gaeft Jan Brandewynmaeker in de Posternestraete, hebt daertoe ghebruuckende de voorscreven onbehoorlicke middelen, betoovert ende bedorfven een braute van den zelven wyne, danaf ghy hebt gheproffiteert een stoop, wesende inghelycx uwe intentie dat hy danof leet hebben zoude zo ghy hem zeght danof ghequelt thebbene. Zo by uwe eyghen confessie ende andersins de wedt ghebleken es, nyet zonder vehemente presumptie van vele meer ghelicke quaet ende hinder mensschen, beesten ende vruchten ghedaen thebbene, omme alle twelcke zyt alhier by den heere te rechte ghepresenteert maekende criminelen heesch ende calaigue tuwen laste, burchmeestere, scepenen ende cuerheers der stede ende casselrie van Berghen-Sente-Winnocx, den zelven heesch ende calaingue ghehoort metgaeders uwe excusen ende defensie daerjeghens recht doende ter manynghe van huerlieden rechten maenheere, hebben u Catheline ghewyst ende ghecondemneert, wysen ende condemneeren u by desen ghebrocht te worden by den officier crimineel up den berch buuten deser stede ende aldaer ghebonden zynde aen een staeke gheexecuteert te zynne metten viere zo datter de doot naervolghe. Ordonneren voorts u dode lichaem gherecht te worden ter plaetse patibulaire aen een staeke ter terreure ende exemple van anderen, verclaerende noch alle u goet gheconfisqueert Sconincx ons gheduchs heere proffite, de mysen van justitie danof alvooren ghededuceert. Ghepronunchieert in opene vierschaere den VJen may 1597.
 
10. Bergues, schepenen, 6 augustus 1597: Magdaleene de Haene[13]
 
Omme dieswille dat ghy Magdaleene, filia Jacob de Haene, ghebooren van Broucburch, jeghenwoordighe huusvrauwe van Antheunis Briard wonende in de prochie van Hoimile, daer te vooren weduwe van Jacob Culpaert wonende in de prochie van Hoimile, daer te vooren weduwe van Jan Culpaert, oudt ontrent L jaeren, u vervoordert hebt over XXVIJ jaeren, verghetende God almachtich ende zyne heilighe ghebooden, aen te hanghen ende ghehoor te gheven aen den boosen helsschen viand die hem aen u ghepresenteert heeft in ghedaente van een joncman met ronde voeten nochtans, ende naer zeker onderspraeck met anderen ghehadt, heeft u ghegheven vyf Rimersche blancken omme aen hem een offerhande te coopen, zo ghy tot Broucburch alsdanne wonende, eenen ael ende haene daertoe ghecocht hebt die ghy in des zelfs viants name des anderen daechs commende tuwen huuse hem aennegheworpen hebt, hem zoo goddelicke dienst aendoende, ende hem alsdanne verclaerende dat ghy God almachtich, uwe ende onsen schepper ende salichmaeker afghynct. Hebt van hem een salveken metgaeders een pouderken ontfanghen omme daermede respectivelick te hinderen menschen ende beesten ende alzo te verghelden de gonne die u leet aendoen zoude. Als wanneer hy u beloofde te gheven van elc mensche die ghy zoudt hebben doen sterfven XL schellinghen parisis, van elcke coebeeste die ghy zoudt hebben doen rampeneeren XX schellinghen parisis ende van een calveken V schellinghen parsisis. Ende bin zeker daeghen daernaer den zelven uwen viand by u commende, hebt u van hem laeten gheleden in den avonstont by een driehouck stuc landts by der galghe van Cappellebrouc alwaer ghy met diversche personen vergadert zyt gheweest, ende alzo ghy aldaer zeide onder ander: “God, de gonne die ter dier plaeste ghetransporteert hadden gheweest, zyn wech bevaeren”, ghy metten goone die daer ghecommen waeren aldaer ghelaeten zynde, ende van daer nemende uwe wech omme naer huus te gaen, ter straete ghecommen zynde, hebt ghevonden den voorseyden uwen helsschen viand die u leeden by een doornen busschelken hebt u van hem vleesschelick laeten bekennen. In welcke vleesschelicke bekentenesse ende vergaederynghe mette vianden ende toveraers ghy ghecontinueert hebt daeronder up een ander driehouct stic landts by Maerdychoucke brigghe int landt van Houcke, alwaer ghy u hebt laeten voeren ende ghevonden diverssche mans- ende vraupersoonen u onbekent, ende aldaer ghebancquetteert, ghedanst ende een van den vianden aen zynen aers ghecust hebbende, zyt upghenomen gheweest, zo ghy zeght, ende in uwe boomgaer neder ghestelt. Hebt u insghelycx noch wonende tot Broucburch tot tweemael up een weke swonsdaechs tsavonts ende svrydaechs snachts in ghelycke vergaederynghen ghevonden by een cruysstraete in de prochie van Sente-Niclays ter rechterhand alzo men van der zelver prochie gaet naer Grevelynghen up een driehouc aldaer ter presentie van diverssche persoonen van uwe kennesse ende by u ghenaemt. Als wanneer ghy wederomme u vleessschelick hebt laeten bekennen van den voorseyden uwen helsschen viand. Ende daernaer ghecommen zynde metter woonste binnen deser stede, hebt u andermael ghevonden ter ghelicke vergaederynghe up eenen driehouc zo ghy dien specifieert binnen der prochie van Quadypre hanghende, welcke distincte vergaederynghen ende abominabel conversatie voorseyt duer quaede fantasie ende nidicheyt zo ghy zeght, hebt u vervoordert te doen rampeneeren ende moort steken ghy wonende alsdanne tot Broucburch voorseyt drie coeyen tot Capellebrouc, twee calverkens wonende binnen deser stede een calveken binnnen de prochie van Teteghem, een coe ende twee calvekens ende insghelycx als ghy woonde in de prochie van Homilie een coe ende twee calvekens waermede ghy niet tevreden zynde maer van quaet vallende in argher, hebt met onbehoorlicke middelen ende hulpe van den zelven viand zonder occassie ofte redenen daertoe te hebbene, doen sterfven zeker oude vraupersone wonende binnen der stede van Dunckercke metgaders up een anderen tyt daernaer zeker ander vraupersone binnen der stede van Broucburch omme dat ghy jeghens haer Sinte-Jansdach appelen coopende zo eenighe van dier u nyet en wilde laeten verwisselen ende gheduerende u huwelick metten voorseyden Antheunis Briarde uwe jeghenwoordighen man hebt ghedaen sterfven duer middel ende hulpe voorseyt zeker persoon die ghy vond te Sente-Folckewyns up den wech zo men gaet naer Zuutkercke by drancke wesende, alle welcke zo by uwe eyghen confessie buuten torture als andersins omme ghenoughen de wedt ghebleken es, wesende alle ongoddelicke, leelycke, execrabele ende grouwelicke delicten nyet lydelick zonder condigne punitie anderen tot terreure ende exemple. Omme alle twelcke zyt alhier by den heere te rechte ghepresenteert, maekende criminelen heesch ende calaigue tuwen laste, burchmeestere, scepenen ende cuerheers der stede ende casselrie van Berghen-Sinte-Winocx, den zelven heesch ende calaigue ghehoort, metgaeders uwe excusen ende defensien daerjeghens, recht doende ter manynghe van huerlieden rechten maenheere, hebben u Magdaleene ghewyst ende ghecondempneert, wysen ende condemneeren u by deser ghebrocht te worden by den officier crimineel up een schavot ter plaetse patibulaire buuten deser stede ende aldaer ghebonden wesende in een staeke gheexecuteert te zyne metten viere zodatter de doot naervolghe. Ordoneeren voorts u doode lichaem ter plaetse patibulaire gherecht te zyne aen een staeke met confiscatie van alle uwe goedynghen waer die ghestaen ofte gheleghen zyn sconyncx ons gheduchs heere proffite, de costen van justitie danof alvooren ghededuceert. Ghepronunchieert in open ghebannen vierschare, den VJden Aougst 1597.
 
11. Voormezele, leenhof, 22 augustus 1597: Hendrik Buen[14]
 
Omme dieswille dat ghy Hynderyck Buen, filius Jacobs, gheboren van Voormezeele, oudt betrendt de drie ende dertich jaeren, hebt ghedreecht het vier te steken in het pachtgoedt van Jacques Letten omme dat hy, zoo ghy presumeerde hadde ghedaen vanghen Mechelynne Bataillie, uwe huusvrauwe, by Fransoys Harbordyn, lieutenant van myn heere den souverain bailliu van Vlaenderen. Van welcken Mechelynne, uwe huusvrauwe, ghy gheleert hebt de conste van tooverie. De welcke tuwen weten betooverde een steck coorne toebehoort hebbende Passchier Boudry, groot tweehondert lants of daer ontrent, daerof een deel proufficterende. Zoo ghy oock in de plaetse van vier ponden buetere ghedreghen naer de maerckt van Ypre, ghevonden hebt zeven ponden buetere by onbehoorelycken middele. Hebbende oock wel gheweten dat de voornompde Mechelyne, uwe huusvrauwe, ghynck ten nachtbancquette ende vergaederynghen van den viant, daer ghy oock zout ghegaen hebben hadt u belieft. Ende dat ghy by middele van uwe tooverie hebt ghedaen stylle staen de merrie van Passchier Boudry, rydende naer Waessene, omme dat hy u die niet en wilde laeten omme int lant te wercken, stekende zekere zaeken in de ruetelbelle van de voornompde merrie, daertoe employerende ghewijt waetere ende anroupende den naeme van den viant van der helle, ghenaempt 'Astegory'. Bovendien dat ghy gheweest hebt te Bondu ende aldaer in de presentie van Astegory den viant van de helle trauwe beloeft hebt an Calleken Astergorys, wesende een viant van der helle in de ghedaente van een vrauwe, die aldaer oock trauwe beloefde, met haer aldaer drynckende ende u commende convoyeren tot by der Leye, haer cussende hebt oorlof ghenomen. Welck Calleken Astegorys u zoo familier es gheweest dat zoe haer an u ghepresenteert heeft alzoo dickens als ghy die gheroepen ende begheert hebt, midts alleene rouppende Calleken Astegorys, zoot tzelve al ghebleken es by uwe voluntaire ende gheitereerde kennesse. Zynde bovendien grootelycx ghesuspecteert van diversche vruchten betoovert [thebbene] ende gheweest thebbene ten nachtbancquette in de vergaederynghen van den viant van der helle, ghenaempt Astegoys ende van diversche menschen ende beesten by uwe tooverie van levende lyfve ter doot ghebrocht thebben, zaeken niet lydelyck zonder condigne punitie, andere ten exepmle. Zoo eist dat mannen ter maenynghe van myn heere den bailliu huerlieder wettelycken maenheere, u ghecondempneert hebben, zoo zy doen by dezen, levende an een staecke verbrant ende u lichaem metten viere ghebrocht te wordene tot pulvere ende asschen. Verclaersende voorts alle uwe goedynghen, zoo leenen, erfve als andersyns, gheconfisqueert zoo verre confiscatie plaetse grypt, U voorts condempneren in de costen ende misen van justitie ter taxatie. Ghepronunchiert up de halle der stede van Ypre[15] den voornompden XXIJ augusti 1597, present de voornompde mannen van leene.
 
12. Bergues, schepenen, 20 juni 1598: Maycken van Haveskercke[16]
 
Omme dieswille dat ghy Maycken, filia Jeroom van Haveskercke, weduwe van Caerl Daneel, gheboren van Warhem, oudt LXVJ jaeren ofte daerontrent, wonende binnen deser stede, u vervoordert hebt, verghetende Godt almachtich ende zyne heilighe ghebooden, over XXVIJ jaeren ednde bet ghemeenschap te maeken metten boosen helsschen viand, die hem aen u presenteerde in ghedaente van een joncman, ende ghy zyn boos ingheven ghehoor ghevende, hebt in vele ende diversche plecken u vleeschelick van hem ghelaet bekennen. Daerenboven ter vergaederynghe ende danse met hem gheweest, hem offerande, eere ende reverentie aenneghedaen de goddelicke Majesteyt alleene toebehoorende, ende inghevolghe van dien ghehoorzaem wesende zyn execrabel lastynghe, hebt by middel van tgonne by hem u ter handt ghedaen is, zo ghy zeght, ghedaen rampeneeren ende zwelten diversche coebeesten zeker personen by processe vermelt toebehoorende, ende omme ander cleene oorzaeke ende occasie ghedaen quellen ende sterfven by middel als vooren diversche manspersoonen, vrauwen ende kinderen, daervooren zeer clenen loon van den zelven viand ontfanghende, zo alle tzelve by u eyghen verlyt ende confessie te meer stonden buuten pyne ghedaen ende andersins omme ghenoughen de wedt ghebleken es, wesende alle ongoddelicke, leelycke, execrabel delicten nyet lydelick zonder condigne punitie anderen tot terreure ende exemple. Omme alle twelcke zyt alhier by den heere te rechte ghepresenteert, maekende criminelen heesch ende calaigue tuwen laste, burchmeestere, scepenen ende cuerheers der stede ende casselrie van Berghen-Sinte-Winocx, den zelven heesch ende calaigue ghehoort, metgaeders uwe excusen ende defensien daerjeghens, recht doende ter manynghe van huerlieden rechten maenheere, hebben u Maiken ghewyst ende ghecondempneert, wysen ende condemneeren u by deser ghebrocht te worden ter plaetse patibulaire buuten deser stede ende aldaer up een schavot ghebonden wesende aen een staeke gheexecuteert te zyne metten viere zodatter de doot naervolghe, blyvende voorts u doode lichaem aldaer gherecht aen een staeke ter terreure van anderen zoot ghezeit is, verclaerende noch alle u goet waert tzelve ghestaen ofte gheleghen zy gheconfisqueert sconyncx ons gheduchs heere proffite, de misen van justitie alvooren ghededuceert. Ghepronunchieert in open ghebannen vierschare, den XXen juny 1598.
 
13. Gent, schepenen Sint-Pieters, 14 juli 1598: Cornelia van Beverwijck[17]
 
Omme dieswille dat ghy Cornelia van Beverwyck, filia Rogiers, oudt LXXV jaeren, ghebynaemt de baerevoetsche Nele, weduwe van Anthuenis de Muldere, gheboren binnen deser stede, u vervoordert hebt van over achttien jaeren ende beth Godt van hemelrycke te verlaeten, oversulcx noyt sedert te biechten noch ten helighen sacramente gheweest, maer hebt angehanghen den vyandt van der helle, die ghy gheseyt hebt te wesen Sathan, ende tot dien effecte hebt hem voor pandt gegeven eene spelle, twelck ghedaen hebt van den selven Sathan ontfaen een teecken op u slyncker been, latende hem u bekennen naer syne manier van doene by claeren daeghe op Eckerghem. Tselve ghedaen, hebt voor hem gheknielt ende syn achterste naeckt ghekust in teecken van hem onderdanich te syne. Ende van dien tyt af hebt dicwils eenighe cruyden bewaert ende onbehoorlick gheuseert die ghy ons in latynsche woorden gheexpresseert hebt, daermede ghy vele persoonen ende heurlieder bestialen inderlyck syt gheweest ende veele sieckten hebt anneghedaen, naementlyck de huysvrauwe van Authuenis de Langhe ende Cynken Brandt op de muyde, dhuysvrauwe van Jan Hebbelinck op den Callanderberch, Gheerardine van Oostackere, huysvrauwe van Jan Bernaerdt, weert in de Cleppe, die daernaer ghestorven is. Soo oock is tkindt van Claerken Biestman in de Abeelstraete. Hebt oock door uwe conjuratie ende hulpe van den boosen de weduwe van Willem van Oostende vertooght by figuere haere dochter die in Hollandt woont. Hebt oock eenighe persoonen belet dat sy in huerlieder neeringhen niet besocht en wierden. Synde oock suspect van binnen den voornoemden tyt veele meer ghelycke acten ghedaen thebbene tot grooten nadeele van elcken met tlegghen van pourken in diversche plaetsen, twelke ghy verclaert hebt ontfaen thebbene van den voornompden Sathan. Soo ghy oock loon ontfaen hebt voor de ghene die ghy inder ghedaen hebt van den selven Sathan, zoo danof myne heeren by u selfs kennisse ende anders souffisantelicken ghebleken is, wesende de abominabelste sonde die men ter weerelt can doen, als crimen divine lese Majestatis gheensints lydelick sonder exemplaire punitie. Soo ist dat myn heeren schepenen van Sinte-Pieters, ten heessche by den bailluy tuwen laste ghemaeckt, condemneren u gheexecuteert te worden metten viere soo datter de doodt naer volght, verclaerende al u goedt, tsy leen, erfve of cattheyl, verbeurt sheeren prouffyte. Aldus ghewyst ende gheprononchieert dicendaeghs XIIIJ july XVCXCVIIJ. Ende de sententie volcommen op tstalhof ende tdoode lichaem gherecht ter plaetse patibulaire.
 
14. Bergues, 18 december 1598: Olivier Ryckaert[18]
 
Omme dieswille dat ghy Olivier Ryckaert, de zone Joos, lansman ende stroydecker van uwen style, ghebooren van Steen ende vertrocken wesende int landt van den Vryen uwe huusvrauwe ende kinderen ghelaeten hebbende te Pitgam, oudt ontrent LXIIJ jaeren, u over vele ende diversche jaeren uutghevende voor beteraere van toverie van menschen, beesten ende goede, ende te dien upsienne in diversche prochien ende heerlycheden als Steen, Brouckerke, Spycker, Warrhem, Socx, Clercxken, Landt van den Vryen voorseyt, Pitgam, Drincgam ende elders, by vele ende menigherande persoonen ontbooden hebbende gheweest omme zieke menschen ofte beesten te ghenesen, dat ghy hemlieden toeseide te doene, useerende ghenouch tallen woorden met Gods gratie, in Gods name ende dierghelicke, u vervoordert hebt de simpel lieden teghens zyne heilighe ghebooden afleedende van den gherechten gheloove ende betrauwende up zyne goddelicke bewaernesse, teghens alderhande cracht ende macht des duvels, namelick aengaende de toverye, hemlieden dicwyls te doen verstaene ende interpreteren dat al betovert was tgonne datter was ten husse ende hove, ende zo de zelve bringhen ende doen vallen in crancheit ende mistroosticheit, dat ghy nochtans naderhandt in justitie opentlick verclaerst hebt nyet gheweten thebbene, zo ghy by ghelicke verclaerse uut vreesen van breeder straffe afghegaen zyt gheweten te hebben wye de toverie dede daer ghy nochtans de simpel lieden bedrieghende ende vermetende, dat ghy den weynsch van de weerelt hadt ende den gheheelen hemel met u, aen eenighe van hemlieden dicwyls gheseit hadde dat de gonne die de toverie ghedaen zoude hebben, aldaer commen zoude, onder andere dattet die ende die waeren die de toverie deden, zomwylen twee zomwylen drie, overzulcx de goede name ende fame van diversche zo mans- als vrauwpersonen tonghelicke benemende ende met eenighe suspitie van dien belastende metgaeders ooc occasie ghevende nyet alleenelick van twist ende tweedrachticheit, maer van by justitie apparentelick anneghesproken te zyne. Ende daernaer van uwe schaedelicke lueghenen vallende van quaet in argher, hebt met boose ongheoorloofde ende ongoddelicke middelen, veelderande belesynghen ende bezweerynghen ghedaen. Ende omme de goede lieden dies ghelove te gheven ende betrauwentheit up u bedrieghelick voorstel die zy als eene waerzeggher waeren bezouckende (oorsaeke ontwyffelick dat zy van God almachtich huerlieden schepper ende zalichmaeker afgheweken ende in verwaetenesse ende andere grouwelicke zonden ghevallen zyn), hebt noch de zelve uwe bezweerynghen bevesticht met zeker heilighe woorden diversche cruucen, zout, ghewydt water, was ende andere kerckelicke ceremonien, de zelve ceremonie ende bezweerynghe doende ende ghebruuckende voor een tafel Laedo ofte Lys (sic) dat u eerst ende best ter hand was ofte ghy zelve hadt ghedaen stellen ende zomwylen ooc decken met een schoone dwaele ofte serviette in voorme van een autaer becleet met eenen brandende wassen keersse, ghewydt waeter, dat ghy zelve zomwyle maniere ghemaect hebt van te wyden zout ende broot daervooren ter aerden knyelende, bloothoofts ende lesende met ghelooken ofte ghevouden handen metgaeders daerover maekende vele diversche cruucen ende zomwylen ooc doen druupen de zelve wassen keersse over Roome aldaer inghelycx tuwen bevel ghebrocht omme by u belesen te zyne, daerinne ooc cruuswys smytende zout ende spaerswaeter, superstitieuselick alzo misbruuckende de kerckelicke usantien, ontwyffelick duer het innegheven, raedt ende leerynghe van den boosen viand, alles omme lichtelick te bedraeghen ende verdriven het simpel wantrauwich ghemeente, namelick in dese weeke tyden tot alderhande heresie meer dant behoort, dat claghelick is, gheneghen, ende ooc by zulcke onbehoorlicke middelen u proffict te doene ende van hemlieden ghelt te trecken dat ghy ghedaen hebt, dat ghy duer een gheveinsde heilicheit ghebaert hebt met uwe handen nyet te willen ghenaeken ofte aenveerden, nyet zonder vehemente presumptie dat ghy metten zelven viand verband ghemaect ende anneghegaen hebt, zo zelfs eenighe woorden met de voorseyde ceremonie ghevought ende by u ooc ghebruuct claerelick te kennen ghevende, dies ghy u ooc hebt ghevanteert te menighe ende diversche stonden, dat ghy alle de duvelen van der hellen zoudet doen commen te zeker plaetse ende up ander tyt zo verre ghy wilde, dat ghy hemlieden zoudt wel haestelick doen vulcommen dat ghy begheert hadde, waeruute gheinsereert word dat de menschen ende beesten by u moghelick van toverie ghebetert, duer middel van dien verbande ende misbrucke van de voorseyde ceremonien ter eere van den duvel ghedaen ende in maniere van sacrificie gheoffert (dies hy aldaer curieust is) ghy zelve daer te vooren betovert hadt zo den meerderen deel ghebuert. Uute welcke volght dat ghy niet in Godts name, maer teghen de eere, reverentie ende aenbedynghe hem als almachtich schepper ende zalichmaeker, privativelick toestaende, in de naeme des duvels zulcx ghedaen hebt, wesende zelfs by u ghekent wel gheweten te hebbene dat uwe wercken ongheoorlooft ende zonde waeren, dat ghy ooc nyet en conste noch en mochte ignoreeren overmids dat den jeghenwoordighen deken der christenheit int quartier van Broucburch, daer ghy onder waert resorteerende) ende uwe pastor in Pitgam u alle tzelve wel ende scherpelic verbooden hadden ende gheinterdiceert als quaet ende ongheoorlooft, verre zy dat by eenighe gheestelicke overheit (zo die van allen ouden tyden in de heilighe kercke gheuseert es gheweest ende noch onderhouden werd) u de macht ende authoriteit ghegheven zoude zyn van enighe exorcismen ofte bezweerynghen te doen ende de ceremonien van de heilighe kercke in dier voughen ende manieren ende te dien fine te ghebruucken. Dien ooc volghende ende in teeken van beschuldicheit ghy hebt zomwylen de wachte ghedaen houden als ghy zulcx dede uut vreese van by justitie betraept ende achterhaelt te zyne. Hebbende noch bovendien uwe onbehoorlicke handel verleet met vele ende menichvuldighe circumstantien van dien ghebleken is zo uut uwe eyghen vrywillighe confessie als andersins meer dan omme den rechte te ghenoughen. Alle twelcke voorscreven wesende ghehouden voor toverie met verborghen societeit ende ghemeenschap ofte secreet compact metten helschen viand ende daertoe abominabel afscheidynghe van Godt ende waerzegghynghe, nyet alleenelick by ghescreven canonicke civile rechten verbooden, nemaer by Godt almachtich zelve, dreeghende zyne handen van bermerticheit te sluuten de landen ende provincien daer die zonder scherpe correctie ghecommitteert werden, ende overzulcx nyet lydelick zonder condigne punitie anderen ter terreure ende exemple (namelick dese boosheit ende onghelovicheit ghenouch tallen plaetsen regueerende) zyt alhier by de heere te rechte gepresenteert, maekende criminelen heesch ende calaigue tuwen laste, burchmeestere, scepenen ende cuerheers der stede ende casselrie van Berghen-Sinte-Winocx, den zelven heesch ende calaigue ghehoort, metgaeders uwe excusen ende defensien daerjeghens, recht doende ter manynghe van huerlieden rechten maenheere, hebben u Olivier Ryckaert ghewyst ende ghecondemneert, wysen ende condemneeren u by deser ghebrocht te worden by den officier crimineel ter plaetse patibulaire buuten deser stede ende alvooren in uwe teghenwoordicheyt uwe boose boucken te pulver ghebrant wesende ooc aldaer gheexecuteert te zyne metten viere zodatter de doot naervolghe. Blyvende voorts u doode lichaem aldaer gherecht aen een staeke ter terreure van anderen zoo gheseit is, verclaerende noch alle u goet gheconfisqueert waert ghestaen ofte gheleghen is, de misen van justitie alvooren danof ghededuceert. Ghepronunchieert in open ghebannen vierschare der stede ende casselrie van Berghen-Sinte-Winocx, den XVIIJden december 1598.
 
15. Hondschoote, schepenen, 23 maart 1599: Christyne van Zelschote[19]
 
Omme dieswille dat ghy Christyne, filia Roelandt van Zelschote, out ontrent XL jaeren, ghebooren van Leysele, casselrie van Veurne, huusvrauwe van Hendric de Cloppere, daer te vooren weduwe van Caerle de Codts, ten tyde ghy woonde in de voorzeyde prochie ten huuse van Maerten Rellen, wezende van den oude van ontrent XIIJ ofte XIIIJ jaeren, naerdat ghy in de keldere ghevonden hadt ligghende onder een tinnen hullen een pampierken met root ende ghelu gheminghelt pouder, ende van den craecht van tzelve poudere gheinformeert waert van de huusvrauwe van de voornompden Rellen als dat tghonne daerup men tzelve poudere smyten ofte stroyen zoude in sduvels naeme, dat tzelve zoude bederven ende vergaen, hebt u vervoordert by raeden zoo ghy zecht van de zelve vrauwe, een deel van tzelve poudere te werpen ende stroyen op den hondt van Guillaume de Wilde zegghende: “In sduvels naeme den moort moet ghy steeken”, naer welcken dat den voornompden hondt in corten daeghen den moort is ghesteeken. Zoo insghelicx ghy zeeker tydt daernaer merck ghenomen hebben op de voorzeyde uwe vrauwe dat zoe om licht ghekeernet thebbene ghynck in de keldere ofte spynde, ende nemende een lepel, stack die een latte bet op, hebt op zeeker tyt besich zynde met keernen in absentie van de voorzeyde vrauwe, ende ziende dat tzelve niet wel voort en ghynck, van ghelycke u gheholpen metten leepel ende die ghesteeken twee latten bet op, spreekende zeeker woorden die ghy van uwen vrauwe ghehoort hadde, waerduere terstont de keerne vul commende heeft beghinnen te ruischen ende pruischen dat de room van bovenuuyt bruelde ende gheleeck of de keerne zoude gheborsten hebben. Midts welcke dat de voorseyde vrauwe van buyten inne quaem gheloopen zeer beroert ende u grootelicx bekeeven hebbende dat ghy den leepel te hooghe hadt ghesteken, heeft u met slaeghen ten huuze uuyt ghejaecht. Voorts niet zonder ghroote ende vehemente presumptien, conjecturen ende inditien tuwen laste van daernaer voorder compact ghemackt thebbene metten boosen vyant midts rennunchiatie van God almachtich ende u kerstendom ende belofte van hem ghetrauwelick by te blyven ende dienen, van ghecommitteert thebbene duer zyne instigatie diversche malefetien ende sortilegien by middele van wynschen an diversche wel bekende personen, met meer andere gruwelicke ende abominable sticken ende faicten die ghy alles ten drie stonden toe ghetortureert gheweest hebbende, telcken met veele waerschynlicke byghevouchde cyrconstantien hebt verleeden ende verkendt, ende onder tusschen naer elcke respective torture de zelve confessien wederomme herropen alleenlick ghoet houdende ende persisteerende by het werpen van het pouder ende het versteken van den lepele in der manieren zoo als hierboven verhaelt is. Ende overmidts tzelve zyn twee notoire ende openbaere wercken ende operatien van den boosen vyant, wiens naemen by expresse, merckelick int werpen van tvoornompden pouder, ghy anroopen hebt, ende daeruuyt waerschynelick hy voet ende fondament ghenomen heeft om u te brynghen tot al zulck voorder quaet als daerof ghy zoo menichfuldelicke zyt ghesuspecteert ende befaempt boven de menichfuldiche luegens, variatien ende vacillatien daermede ghy den juge zoo langhen tyt bezich hebt ghehouden ende zyne suuvere religie gheoffendeert ende ghequetst, wezende alle zaeken van quader consequentie gheenichsins lydelick noch verdraeghelick zynde zonder condigne punitie andere ten exemple, zoo ist dat schepenen ende cuerheeren der stede ende heerlichede van Hondschote, ghehoort den criminelen heesch ende calaingue tuwen last ghemaeckt by Pieter de Coster, stadthouder van Joncheer Ferdinande de Warigny, bailliu der zelver stede uuyter naeme van edele, hooghe ende mooghende heere Minheer Jooris van Hornes, Grave van Houckercke, heere van Hontschote etc., ende up alles rypelick ghelet, recht doende, wyzen ende condempneeren u Christyne voornompt ter cause voorschreven ghelevert ende ghebrocht te zynne by den officier criminel tot op een schavot voor het stadthuus dezer stede ende aldaer ghebonden an een staecke ghegheselt te worden met scherpe roeden op u bloote lichaeme totten loopende bloede, metsgaders in de misen van justitie ende in vanghenessecosten, u bannende bet voorts uuyten Lande ende Graefschepe van Vlaenderen den termyn van vyftich jaeren, te ruymen buyten, deser stede ende heerlichede binnen zonneschyne naer slaekinghe, ende tvoornompde Landt van Vlaenderen binnen derden daeghe. Aldus ghepronunchieert in open ghebannen vierschaere op den XXIIJen maerte XVCneghentneghentich.
[1]htpp://www.kulak.ac.be/facult/rechten/Monballyu/Rechtlagelanden/Heksenvlaanderen/bibliografieVlaanderen.htm voor de volledige bibliografische verwijzingen.
[2] Bron: SABrugge, OSA, 192, Verluydboek 1490-1537, f°231v (origineel). Zie ook: ARAB, RK, 13.784, Sr 1531-1534, f°12v. Lit.: Vanysacker, Hekserij..., 151
[3] Bron: SABrugge, OSA, 192, Verluydboek 1490-1537, f°231v (origineel). Zie ook: Brussel, Rekenkamer Rijsel, 13.784, Sr 1531-1534, f°12v. Lit. : Vanysacker, Hekserij..., 152
[4] Bron: RAG, Raad van Vlaanderen, 8594, f°43v-44r (origineel). Zie ook Ibid, 8559, f°174r-226r en 22.946; ARAB, Officie fiscaal Raad van Brabant, 1195/12. Lit.: Gaillard, Archives ..., 453-503; Braekman, Heksen uit Ninove..., 1-33.
[5] In tekst "uwe uwe".
[6] Bron: Hondschoote, Archives communales, FF, 7, f°16v-18v (origineel). Lit.: Piot, Vlaemsche Kronyk..., 807.
[7] Bron: Bergues, Archives communales, FF, 5, f°243v-248v (origineel). Zie ook: Lille, Archives département du Nord, Chambre des comptes, B 5882, 1594-1597, f°45v en 49v-50v. Haar echtgenoot Jan Herrewijn, 50 jaar, werd op 17 juli 1596 voor 20 jaar uit Vlaanderen verbannen omdat hij meerdere personen bedreigd had met de ‘kunsten’ van zijn vrouw en van haar toveractiviteiten op de hoogte was: Bergues, Archives communales, FF, 5, f°260v-261v.
[8] Bron: Bergues, Archives communales, FF, 5, f°249r-251v; Lille, Archives département du Nord, Chambre des comptes, B 5882, 1594-1597, f°45r en 51r. Was de medewerker van Joosyne Wecsteen.
[9] Bron: fotokopie van gedrukte tekst, waarschijnlijk uit het ‘Weekblad van Diksmuide’, september 1873. Zie ook ARA, Rekenkamer Rijsel, 34.196, Sr 1595-1596, f°36r, 49v; 34.197, Sr 1596-1597, f°34r-38r, 48r, 50r, 52r-55r. Lit.: J. MONBALLYU, Diksmuide…, 557-559.
[10] In de uitgave staat ‘beschouwet’ wat geen enkele zin heeft. ‘Met den viere ghebrant’ komt voor in de meeste heksenvonnissen.
[11] Bron: Hondschoote, Archives communales, FF 7, f°18v-21r (origineel).
[12] Bron: Bergues, Archives communales, FF, 5, f°269r-271v (origineel). Zie ook Lille, Achives département du Nord, Chambre des comptes, B 5882, 1594-1597, f°46v en 53v-55r. Houdt verband met de zaak van Joris de Beer.
[13] Bron: Bergues, Archives communales, FF, 5, f°286v-289v (origineel). Zie ook Lille, Archives département du Nord, Chambre des comptes, B 5883, Br 1597-1600, f°33v en 37r-38v.
[14] Bron: SAIeper, Kasselrij Ieper, 1ste reeks, 4226, f°113v-114v (origineel). Lit.: J.D.S., De heksenmeester..., 131-133.
[15] Volgens een nota voorafgaand aan het vonnis zetelde het leenhof, bij uitzondering en met toelating van het schepencollege van Ieper, in de Ieperse stadshallen.
[16] Bron: Bergues, Archives communales, FF, 5, f°309r-311r (origineel). Zie ook Lille, Archives département du Nord, Chambre des comptes, B 5883, 1597-1600, f°34r en 40r-40v en 46v-47r.
[17] Bron: RAB, Aanwinsten, 3.255 (afschrift). Zie ook RAG, Sint-Pieters, 1ste reeks, 21, f°21v-22r. Reeds op 7 juli 1575 wegens waarzeggerij en het onrechtmatig uitoefenen van de geneeskunde veroordeeld door de schepenen van de Keure : SAGent, OSA, Reeks 214, 8, f°94r. Lit.: Cannaert, Iets over het oude strafrecht..., 64-66; Id, Olim..., 46-48; Id, Bydragen…, 480; Potvin, Albert et Isabelle..., 258. Van Werveke vermeldt verkeerd de datum mei 1598: Van Werveke, Gedenkbladen..., 22.  Wouters-Ceuppens, Iets over de historische heks…, 138.
[18] Bron: Bergues, Archives communales, FF, 5, f°315v-320r (origineel). Zie ook Lille, Archives département du Nord, Chambre des comptes, B 5883, Br 1597-1600, f°34r, 42r-43r en 47v.
[19] Bron: Hondschoote, Archives communales, FF, 7, f°30v-31v (origineel).

WITCHCRAFT GLOSSARY

A

Actaeon – Stag, Horned God of the Forest.

Adept – A Master of Magick Arts

Air – One of the Four Elements, associated with the East and with the ritual wand.

Akasha – fifth element, spirit

Alexandrian Wicca was founded by Alexander Sanders. Sanders is the self proclaimed “King of the Witches”. This witchcraft is the second largest to come out of England. It has great emphasis on cord magic and ceremonial magic. The worshipping is done in skyclad. The Alexandrian Witchcraft is strongest in Canada, but has gone into steady decline in the States and no longer has any association with its founder.

Alraun – Talismanic image made from Rowan wood.

Altar – table or flat surface used during rituals to hold ritual tools, books, etc.

Amulet – a magical charged item, often worn around the neck for protection.

Animism – the spiritual belief that everything in nature, animate and inanimate, possesses a soul

Ankh – Ancient Egyptian symbol representing life and rebirth; similar to, but not the same as crux ansata

Anglo-Saxon Wicca (Seax Wicca) –a tradition, or denomination, of the neopaganreligion of Wicca which is largely inspired by the iconography of the historical Anglo-Saxon paganism, though, unlike Theodism, it is not a reconstruction of the early mediaeval religion itself.

Aquarius – the eleventh sign of the zodiac, ruling from January 21 – February 19; and Air sign ruled by the planet Uranus

Aradia (air-a-dee-a) – Italian goddess, claimed to be Queen of Witches by some Wiccans.

Arcana – Secret formula or process. Also used to denote deck of Tarot Cards. The Major Arcana being the ‘Trumps’ numbered from 0 – 21, and the Minor Arcana being the 56 suit cards of the 78-card deck, comprising 4 suits with 14 cards each.

Aries – the first sign of the zodiac, ruling from March 21 – April 20; a Fire sign ruled by the planet Mars.

Aromatherapy – The use of different herbs or flowers to create essential oils which have healing and theraupetic properties and can be used to inspire meditation, healing, relaxation and calming.

Asatru – Norse Reconstructionism

Astral body – representation of person or things found in astral plane.

Astral plane – a kind of dimension composed of energy.

Astral projection – an out-of-body experience usually induced through trance.

Astrology – The study of the planets, stars and moon and how they influence us and events.

Athame – small, double-edged ritual dagger, usually black-handled; used to draw Circles and direct energy into the witch from the Goddess & Gods. It is one of the major working Ritual tools of the witch, and is usually placed in the center of the Altar.

Aura – an energy field surrounding all living things


B

Baculum – Witches rod, staff, wand or ‘broomstick’. Used in divination and certain fertility spells.

Balefire – a sacred outdoor fire burned by some Witches at certain Sabbats.

Bane= poisonous or destructive thing,  banishing exorcism.. Term is often applied to an herb; wolfbane, henbane etc

Banish – to drive away or release a spirit or energy

Barrow= an elven or celtic burial mound often used by a coven for sabbat gatherings.

B.C.E. – Before Common Era; an alternate dating system corresponding to B.C.

Bell – a major witches tool and a must on the Altar, it is a symbol of the goddess and if silver the lunar goddess’s and if gold, the sun gods. Rung at the beginning of rituals to invoke the goddess and to center oneself in meditation. Rung at the ending of a ritual to signify the closing of the circle.

 

Besom – a magical broom used to sweep clean the circles before rituals and used for a handfasting to “jump the broom” symbolizing the unity of a couple.  Can also be used to sweep away negative energy from the home.

Beltane – May eve witch festival, a major sabbat.

Big Blue Book – sometimes Uncle Bucky’s Big Blue Book, refers to Buckland’s Complete Book of Witchcraft, a commonly read beginner’s book

Binding – a spell which generally involves tying knots in cords or a similar action, aimed at restricting energy or actions.

Boline – a small, white handled knife/athame often curved like a sickle. Used in the magical cutting of herbs and engraving candles.

Book of Illuminations – alternate name for what is traditionally called Book of Shadows

Book of Light – alternate name for what is traditionally called Book of Shadows

Book of Shadows – a collection of rituals, notes, spells, etc. as well as sometimes a journal of workings.

A personal journal of the witch for recording magical rites, potions, spell work, any and all rituals, full moon work, procedures, training and techiques that are important to the witch.

Burning Times – name given to Reformation and Inquisition, when the Church and Secular Governments actively killed people for practicing “witchcraft”


C

Cabala (kabbalah) – body of lore stemming from early chaldean and mesopotamian traditions, later incorporated within certain rabbinical texts, pratical magickal processes deriving there from.

Cancer – fourth sign of the zodiac, ruling from June 22 – July 22; a Water sign ruled by the Moon

Candlemas – Sabbat held on February 2nd; also known as Imbolg/Imbolc, Oimelc, or Candelaria.

Capricorn – tenth sign of the zodiac, ruling from December 23 – January 20; an Earth sign ruled by the planet Saturn

Cauldron – pot or kettle, generally used as Goddess symbol on the Altar. Used for cooking magickal brews, potions and for burning herbs or incense in Rituals.

C.E. – Common Era; an alternate dating system corresponding to A.D.

Censer – an incense burner

Ceremonial magick – the art and practice of controlling spirits through force of will, requires dedication and study.

Cernunnos – Celtic god, often used for name of Wiccan Lord (not universally accepted)

Chakras – energy points throughout the body. There are 7 major Chakras. The crown chakra is at the top of the head, the base chakra is at the tail bone of the torso, the third eye chakra is between the eyes and is a focal point for clairvoyancy and to see, the throat chakra, the solar plexes chakra, the heart chakra and the root chakra. There are also 21 minor chakras throughout your body.

Cingulum – (sometimes spelled singulum) or cord is often worn about the waist by adherants of some traditions of Wicca (particularly the various forms of British Traditional Wicca), and may also be given other ritual uses. The cingulum (which literally translates as “girdle” or “belt”) is a symbol of initiation, and is given to a Wiccan on their initiation and may be worn at each subsequent ritual.

Chaos magic – is an attitude, a philosophy that promotes experimentation, play, and creativity while discarding dogmatic rules. Chaos magic points out that the techniques more than the symbols are what matter and that our belief in a system is actually what makes it work. The idea is to test different sets of techniques and figure out for yourself whether or not they work. The term “chaos magic” is generally credited to Peter Carroll. The most telling thing about a chaos magician is their ability to change their beliefs and paradigms at will.

Chants – Traditional witches use chants and songs, especially in the dances.

Charge of the Goddess – well-known piece of poetry by Doreen Valiente

Charm= spoken or chanted words of magical intent or a talisman or amulet (Lucky Charm)

Charm Licking – A very old superstition that goes back centuries. It was used by many people to break a spell. Only the person who is the victim of the spell may use this method. Simply lick a charm in an up and down motion. Then lick it in an across back and forth motion. Then lick it in an up and down motion again. If you can taste a salty taste on your tongue then you have succesfuly removed the spell.

Chalice – special glass/goblet used in rituals. Placed on the Altar and can be used to symbolise the element of water in rituals.

Circle – sacred space in which rites and ceremonies are conducted in witchcraft

Cone of power – energy raised and focused by group or individual for magic working or ritual

Consecration – act of blessing an object with positive energy

Contemporary Witchcraft – The term Contemporary Witchcraft refers to the various types of Witchcraft that are practised in the 21st century.

Corn dolly – a human or animal figure fashioned out of a sheaf of corn; used in spells and as fertility symbol.

Coven – a group of people who come together to ritual and study.

Covendom – three mile radius of coven domain .

Covenstead – place where coven meets .

Cowan – non-Wicca or non-Pagan, an Uninitiated mundane. (derogatory)

Craft, The – Witchcraft; also Masonic term

Cromlech – welsh word for dolmen.

Crone – one of the aspects of the Threefold Goddess. Also an older, wise woman.

 


D

Dedication – a solemn promise or pledge

Demon – non-human spirit

Deosil (day-o-sil) –In witchcraft this is the ritual act of moving around a circle in a counter clockwise direction(Southern hemisphere). The witch first stands and faces the circle, then moves to the right. This will help to produce positive magic. If the witch moves to the left this is called Widdershins and produces negative magic. However, in the northern hemisphere, deosil means clockwise and widdershins means counter-clockwise.

Divination – art of foretelling future events or revealing knowledge through the use of tools (eg. Tarot, runes, tea leaves, crystal balls etc.)

Dolmen – elven structure of stone. Megalithic monument,often used at covenstead by witches.

Drawing Down the Moon – invoking the Goddess into one’s self, usually in a ritual.

Drawing Down the Sun – invoking the God into one’s self, usually in ritual.

E

Earth – on of the four magical elements

Eclectic – a mixture of many different traditions and beliefs used in rituals and spirituality.

Eke-name – one’s sacred and secret name, used only with the divine and/or with fellow worshippers

Elementals – Spirits that have only one element to their nature, usually air (sylphs), fire (salamanders), water (undines) or earth (gnomes), but there are also elemental spirits of akasha or Spirit. These are the nature spirits that interact with the natural world, but have their existence in the ethers.

Elements – four ancient building blocks of the universe – Earth, Air, Water, Fire

Enchantment – another word for spell

Esbat – a regular meeting of a Wiccan coven or circle; sometimes used to refer to Full or New Moon rituals. In a year there are thirteen Esbats. In tradition the Esbat will last from midnight until the cock will crow.

Eostre – Spring Equinox Sabbat

Evocation – calling up spirits or other magical entities using spells. In order to contain the power of the spirit a triangle is used. The Witch places a talisman in the centre of the triangle then summons the spirit. The Witch then moves outside of the triangle. It is important never to enter the triangle after the spirit comes forth. Without these symbolic restraints it is believed the witch may lose control over the manifestations.


F

Faery wicca is an American witchcraft founded by Victor Anderson and Gwydion Pendderwen. Although in the beginning this craft was very small secretive it has now reached a wide audience. The faery tradition honours nature and reveres the deities that personify the forces of nature, life, fertility, death and rebirth. There is no standard secret book of shadows in this craft. Some aspects of the craft still remain a secret but most aspects are now taught openly. The faery tradition provides for a passing of power upon initiation. Rituals are offerings of beauty to the Gods.

Familiar – (1) a coven totem animal.(2) witch’s pet animal

In legend, a familiar or familiar spirit is a supernatural being that helps and supports a witch or magician. Traditionally, it is an animal, but some are said to be humanoid. Familiars often have special powers of their own. The stereotypical familiar in Western culture is the black cat. But a familiar may be nearly any animal, however, and other common forms for it to take are a dog, an owl, and a toad. In some cases is the source of the witches power. The bond was traditionally formed by placing a drop of blood from the witch in the animals food. The Witch sometimes consulted the Familiar when seeking omens.

Fascination – process of casting a spell upon someone using only projection of witch power in close personal proximity.

Fetch – a name of one’s astral body

Fire – one of the four magical elements

Fivefold kiss – ritual kiss on feet, knees, near genitals, breasts/chest, and lips


G

Garderian tradition – Wiccan tradition which traces unbroken lineage to Gerald Gardner

Gemantria – Hebrew numerical science which consists of adding up the numerical value of a word and comparing it to other words with the same value

Gemini – the third sign of the zodiac ruling from May 22 – June 21; an Air sign ruled by the planet Mercury

Glyph – An ancient magical symbol worm by some witches. It represented the witches name and birthdate. It had strong magical powers and in ways was similar to an amulet or talisman. Glyphs were also worn to ward off evil and sickness.

God – male aspect of pair of deities; the Lord

Goddess – female aspect of pair of deities; the Lady

Goddess worship – pagan faiths where the female divinity is the major focus; not Wicca

Great Rite – symbolic or actual sexual act performed as part of a ritual; also known as “Sacred Marriage”

Green magic – low magic, magic focusing on the physical

Green Man – representation of the Lord as ruler of the forest

Grimorie – a book containing a collection of spells

Ground/grounding – root self in physical world. Clearing and centering your mind , body and spirit, a calming of ones mind. Imagining your feet are the roots and your body the tree. To plant ones feet into the earth. To focus ones intention.


H

Hand, projective – energy emitting right hand

Hand, receptive – energy receiving left hand

Handfasting – a Wiccan marriage ceremony

Hedge Witchcraft – usually practised by the solitary Witch. It may sometimes be referred to as “hedgecraft,”. A hedgewitch is not wiccan. They are usually hereditary witches, and skilled in healing, herbalism and the magick of nature.

Hermes Trismegistus – “Thrice Great Hermes”, alleged teacher the magical system known as Hermetism

Henotheism – the belief is one or more gods, without denying the existence of other gods

Hex – Similar to a curse. It can be placed on people or property. The word hex comes from the German “Herxse” which means wizard. Special talisman and amulets are available to ward off a hex.

Hexagram – six pointed talismanic star made of two interlaced triangles. A pentagram incompassed by the circle.

High magic – ritual magic, magic focused on spiritual realm

High Priest/HP – male head of coven; representative of God

High Priestess/HPS – female head of coven; representative of Goddess

Horned God – generally seen by Wiccans as the male consort of the Goddess; male deity with stag horns rising from His head. May be called Cernunnos, Pan or various other names. Some believe the names are interchangeable, whereas others believe they are different Gods.

Horse Whisperer– In Ancient British Witchcraft certain people were given the power to talk with horses. To do this special spells and magical charms were used. The people who became horse whisperers also had to be born on certain dates.


I

Imbolc/Imbolg

– Sabbat held on February 1st or 2nd.  The Sabat marking The Festival of Lights

– It celebrates the first stirrings of spring and the recovery of the Goddess from giving birth.

Incantation – a ritual recitation of a prayer or spell, usually rhymed, to produce a magical effect. Can be used to heal, create a field of positive energy directed for specific purpose.

Incubus – Male wraith form projected for purposes of sexual intercourse

Initiation – The process by which a Witch is admitted into a coven or tradition.

Infusion – A liquid produced by soaking herbs in hot water, i.e. a tea.

Invocation

– calling upon a higher power (deities, Spirit, etc) for support or assistance

– To call a deity into one’s self.


J


K

Kabbalah – occult theosophy of rabbinical origin; magical system including the Tree of Life and gemetria; also Cabala, Cabbala, Kabala or Qabbalah)

Kabbalist – one who practices Kabbalah

Karma – the force generated by a person’s actions thought to determine the nature of one’s next incarnation


L

Lammas – Sabbat held on August 1st.  One of the major sabbats of the year. Also known as Lugnassad.

Left-hand path – Quoting from Wikipedia:

‘Left-Hand Path belief systems generally share the following properties:

– The conviction that individuals can become akin to gods, usually through spiritual insight.
– The conviction that there is no such thing as a selfless act. Fulfilling one’s desire is acknowledged to be selfish, at the least reaping an individual sense of satisfaction. Altruism is considered self-deception, created and fostered by conventional religions.
– An exoteric interpretation of concepts like karma, divine retribution, or the Threefold Law, resulting in flexible rather than rigid codes of morality.
– The conviction that the individual is preeminent, and that all decisions should be made with the goal of cultivating the self (though not necessarily the ego).
– The conviction that each individual is responsible for his or her own happiness, and that no external force will provide salvation or reward actions which do not advance one’s own happiness in this life.
– The conviction that the forces of the universe can be harnessed to one’s personal will by magical means, and that power gained and wielded in such a manner is an aid to enlightenment, to self-satisfaction, and to self-deification.
– A Platonic view of deities as “first-forms.” If deity is perceived as having consciousness, then all relationships with the deity are in the form of a partnership, or an alliance which does not require subservience. Some practitioners of Left-Hand Path belief systems summarize this concept with the statement that “prideful deities like prideful partners.”‘

Leo – the fifth sign of the zodiac ruling from July 23 -August 21; a Fire sign ruled by the Sun

Libation – a magical drink or liquid made in honour of the goddess and gods poured or drank. Most time this is done in a ritual circle and the liquid is poured into the earth usually for an offering.

Libra – the seventh sign of the zodiac ruling from September 24 – October 23; an Air sign ruled by the planet Venus

Ligature – magickal binding of person in order to prevent him from accomplishing a specified thing or course of action.

Litha – Summer Solstice Sabbat

Lingam – a stylized phallic symbol of the masculine cosmic principle

Low magic – green magic, magic general focused on the physical

Lucifer –

1 – ‘light-bringing, morning star’, from lux, luc- ‘light’ + -fer ‘bearing’. Lucifer(sense 1) is by association with the ‘son of the morning’

2 – believed by Christian interpreters to be a reference to Satan. Occults will differ on their definition of Lucifer based on their own spiritual practice.

Luciferianism – is a belief system that venerates the essential characteristics that are affixed to Lucifer. The tradition, influenced by Gnosticism, usually reveres Lucifer not as the devil, but as a liberator, a guardian or guiding spirit, and the true god! Hail Lucifer!

Lughnasadh – Sabbat held on August 1st

 

 


M

Mabon – Fall Equinox Sabbat

magic – “The Science and Art of causing Change to occur in conformity with Will” – A. Crowley

The ancient lore of the watchers, comprising the knowledge of certain powers resident within the deep mind of the witch.

magick, majic, majick – alternate spellings for magic (not accepted by all)

Magickal Name – It is the custom in WITCHCRAFT to adopt a new name upon initiation. This reflects ones new identity as a witch. Magickal names tend to be individualistic in nature and may reflect heritage or aspirations. You select a Magickal name through meditation, study or divination. Some are given Magickal names by the high priestess. Witches may also change their Magickal name as they advance in the levels.

Magistellus – elemental server

Magister -master; male leader of coven

Magus – male practitioner of magic, wizard

Maiden – one of the aspects of the Threefold Goddess. Also a female assistant to High Priestess in some traditions.

Meditation – the act of engaging in quiet contemplation or reflection

Midsummer – Summer Solstice Sabbat

Mighty ones – the ancient witch god,or watchers.

Moon Void of Course – An astrological term for when the Moon yet entered the next sign and is currently not aspecting another planet. This stage lasts a few hours . Some witches claim It is best to avoid any magick workings during this period, as well as avoiding making major decisions or planning important events.

Mommet -alternative to poppet or voodoo doll

Monatheism -one god as in christianity or jewism

Mother – one of the aspects of the Threefold Goddess

Mundane Plane – A term sometimes used for the mortal or physical world.


N

Neo-Paganism – an umbrella term, referring to modern-day practices which aim to revive nature religions, Goddess-worship and/or mystery traditions

New Age – a modern spiritualism movement, followers of which believe we create our own reality

Northways – anticlockwise,widdershins, against the sun

Numerology – a method of divination that analyzes the symbolism of numbers

O

Officer – third coven leader. Magister’s lieutenant, also known as man in black,verdeelet, and the summoner

Old ones – mighty ones, archetypal witch gods derived from legends of the watchers. Name encompassing all gods and goddess

Old Religion – used to refer to Witchcraft, Paganism, and/or Wicca (lots of differing opinions here as to its correctness)

Once-born – non-Wiccan (derogatory)

Ostara – Spring Equinox Sabbat

P

Pact – initiates signature in coven register given as written pledge of silence

Pagan – a follower of an Earth-Based religion

Palindrome– This is a word that will have the same spelling when read forwards or backwards. Sometimes these words may be found in magic squares. Many of these words are used in spells. The Tamar are known to use such words in their language.

Pantheism – belief in or worship of more than one god belonging to more than one pantheon

Pantheon– a group of deities associated with a particular time and culture.

Pendulum– Divination Tool

Pentacle – five-pointed star, three dimensional. . An amulet used in magicalevocation, generally made of parchment, paper or metal (although it can be of other materials), on which the symbol of a spirit or energy being evoked is drawn. It is often worn around the neck, or placed within the triangle of evocation.

Pentagrama five-pointed star encased within a circle. It is perhaps one of the oldest symbols on the planet. This symbol can be dated back roughly 3500 years ago and has been found in many ancient civilizations such as the Egyptian, Mayans, Babylonians, and the Sumerian.

Pisces – the twelfth sign of the zodiac ruling from February 20- March 20; a Water sign ruled by the planets Jupiter and Neptune

Psychic Vampire – Living person who “drains” others emotionally either empathically (draining the auric life force) or metaphorically (someone who takes emotionally without giving anything back; a “user”).

Polytheism – belief in or worship of more than one god

Poppet – In folk-magic and witchcraft, a poppet, also known as Poppits, Moppets, Mommets and Pippies is a doll made to represent a person, for casting spells on that person or to aid that person through magic

Power object – material object charged with witch power and transferred into subject’s presence to effect change


Q

Querent – in divination, the person who ask questions of the reader


R

Rede/Wiccan Rede – “An it harm none, do what thou will”

Right Hand Path – According to Wikipedia: According to Wikipedia:

‘Right-Hand Path belief systems generally share the following properties:
– Belief in a higher power, such as a deity.
– Obedience to the will of a higher power.
– The belief that there is an absolute definition of good and evil that applies to everyone.
– Esoteric belief in a supernatural mechanism like Karma, divine retribution, or the Threefold Law, which entails the assessment of moral decisions made in one’s lifetime.
– The ultimate goal of merging the individual consciousness into a greater or cosmic whole.

Ritual – a religious or magical ceremony, characterized by formalized actions and words

Ritual magic – high magic, magic focusing on spiritual realm

Runes – divination tool using symbols carved into wood or stone

Also describes symbols, early alphabets, ancient magickal script or hieroglyphic alphabet , spells

 

 

S

Sabbat – witches meeting at quarterly and cross quartly festivals.

Sabbats – the eight holy days based on the seasons

Sagittarius – the ninth sign of the zodiac ruling from November 23 – December 22; a Fire sign ruled by the planet Jupiter

Samhain – Sabbat held on October 31st

Scry – gaze into or at an object with the intent to see future events or distant places

Scorpio – the eight sign of the zodiac ruling from October 24 – November 22; a Water sign ruled by the planets Mars and Pluto

Seeing stone – stone or crystal used for divination

Shade  -spirit of a dead person

Skyclad – naked

Solitary – a name given to Wiccans or other pagans who work and worship alone

Sorcery – magick, to change and effect

Speculum – magickal mirror or crystal used to scry into

Spell – a magical working aimed at changing reality

Spell casting – one of the powers of witchcraft. It can take many years of dedication to be able to cast a spell. Spell casting in Witchcraft may involve a number of things including words spoken, ritual, herbs, verse, tools or a combination of these or others. Sometimes tarot cards or runes are used in spell casting by a witch. Spell casting takes time and practise so be patient before you start to see the results

Spirit – the fifth (yes, fifth) of the magical elements

Spirit – an animating or vital principle within all living beings

Spirit – a discarnate entity, such as a ghost or apparition

Succubus – A succubus is a female demon, form or supernatural entity in folklore (traced back to medieval legend) that appears in dreams and takes the form of a woman in order to seduce men, usually through sexual activity. The male counterpart is the incubus. (2)

Sympathetic magick – magick which works on the principle that like attracts like; image magic; creative visualization


T

Talisman – power object, ” pentagram, four leaf clover, rabbits foot( not recommended as we harm none) Object marked with magical signs, used for protection or to attract beneficial energy

Tamar -the oldest and most secretive witch society

Tarot cards – set of 78 cards, 22 Major Arcana and 56 Minor Arcana, used for self-discovery or divination

Taurus – the second sign of the zodiac ruling from April 21 – May 21; an Earth sign ruled by the planet Venus

Theism – belief in the existence of a god or gods

The four quarters – sacred space in which rites and ceremonies are conducted

Threefold Goddess – Maiden, Mother and Crone; goddess with three changing faces

Threefold Law – belief that all actions, good or bad, are returned three times over

Tradition – group of covens sharing a common lineage, rituals, and beliefs

Triple Goddess – represents the 3 aspects of the Mother Goddess in one, maiden, mother and crone. The Triple Goddess symbol most probably originated from the Classical Greek lunar symbolism representing the three aspects of the moon, waxing, full and waning moon. )O(


U

Uncle Al – refers to Aleister Crowley, who is believed to have influenced Gerald Gardner, the Father of Wicca


V

Vibrations= magickal atmosphere around person, place or thing

Virgo – the sixth sign of the zodiac ruling from August 22 – September 23; an Earth sign ruled by the planet Mercury

Vortex= cone of power, a gate for the entrance of the spirit world


W

Walpurgis – Beltane night

Wand – ritual tool, usually made of wood and 21″ in length. A major working tool, used by witches. May be made of stones, but the originals were rowan, or willow, and oak. Used to cast circles at Sabbats.

Waning Moon – The phase of the moon between Full Moon and New Moon.

Warlock – traditionally meaning ” traitor” some males in the craft , especially newcomers, call themselves warlocks. It is also very acceptable to call yourself a Warlock as a male, as it does have a vibe of male energy (over being called a witch).

Water – one of the four magical elements

Watcher – elemental guardian, old ones

Waxing Moon – The phase of the moon from New Moon to Full Moon. This is the time for magick that involves growth and increase.

Wheel of the Year –  One full cycle of the seasonal year, divided into eight seasons celebrated with the Sabbats. Used by many, but not all witches.

Wicca – Earth-Based religion created in the 1950s by Gerald Gardner.

1) A contemporary pagan religion with spiritual roots in the earliest expressions of reverence for nature and celebration of the Goddess and God.

2) It is thought that this term was originally coined by Selena Fox of the Circle Sanctuary in an effort to describe the modern religion of Witchcraft (as begun by Gerald Gardner in England in the 1950’s).

Wiccan – follower of Wicca

Wiccaning – a Wiccan birth rite where the Lord and Lady are asked to watch over the baby

Widdershins – counter-clockwise direction

Witch – practitioner of witchcraft. One skilled in the Ancient Ways.

Witchcraft

1 – art of spell casting, focusing mainly on low magic (versus High Magic/ceremonial style magick)

2 – The craft of a witch, sometimes, but not always of the wiccan faith, including spell work.

Witchcraft Trials and Persecution – From around 1400 to 1700 in Europe it became very dangerous to be accused of Witchcraft. A shocking series of torture methods were devised to elicit confessions of Witchcraft against the accused. These methods were so brutal, people were only too happy to confess to anything including witchcraft, in order to stop the brutality. Methods of torture used to elicit admissions of witchcraft included, leg vices, whipping stocks with iron spikes, thumbscrews, scalding lime baths, racks, and the strap. It was always presumed the victim was guilty of witchcraft. Most victims were executed. Burning at the stake was the standard punishment for witchcraft.

Witching hour – a time of transformation. . “When the moon is full and silence descends upon the land, the hour of magic is upon us.”

Witches Ladder – a string of forty beads or a cord with generally forty knots. The number of knots and nature of charms varies with the intended effect (or “spell”). The knots or beads enable the witch to do repetitive chants without having to keep count. The Ladder helps the witch to focus will and energy on the desired goal. Sometimes feathers, bones, and other trinkets are braided into the string as symbols for a desired spell effect. An earlier version of a witch’s ladder consisted of a rope or cord of three, nine, or thirteen knots. The witch’s ladder can be created a section at a time or all at once. Either way, special chants are spoken during the creation process to empower the talisman to do its creator’s bidding.

Wraith, wraith form – Projected astral body. Mobile form of witch power ensouled by witch’s exteriorized consciousness

 


Y

Yang – in Taoism, the active, male, positive principle

Yin – in Taoism, the passive, female, negative principle

Yoni – a stylized representation of the female genitalia symbolizing the feminine principle

Yule – Winter Solstice Sabbat

About image
I believe we are all interconnected in this great web, and that even the tiniest accomplishments matter. I sincerely hope that with the launch of this site we may grow together, by honoring timeless knowledge that we have either forgotten or learned to ignore.

Amazing Beautiful GOD & GODIS

Check It Out Today!

If you fall i'll be there - "Ground"

 
Demons listed in order to help you image
Demons are always available for spiritual guidance.
Here is a list of human issues or concerns, and the demon which can help you with the problem.
TEACHERS FOR WITCHES & OCCULTISTS
 
INTELLECT/WISDOM/KNOWLEDGE
  • Astaroth
  • Aini
 Baal [Beelzebub]
  • Balam
  • Bim
  • Crocell
  • Glasya-Labolas
  • Hagenti [aka Bastet]
  • Marbas
  • Marbas
  • Vapula
  • Zagan [aka Dagon]
ASTRAL PROJECTION/TRAVEL
  • Asmodeus
  • Sargatanas
  • Baal [Beelzebub]
  • Balam
  • Bathin [aka Nephthys] [Takes you where you want to go]
  • Gaap
 
ANIMALS
Animals and children are sacred to Demons. Animals should always be given proper care and respect.
  •  Caim [Communication with]
  • Hagenti [aka Bastet] [Cats]
  • Nebiros
  • Volac [Serpents]
WORKING WITH THE DECEASED
  •  Bifrons
  • Bune
  • Gamygen [Gives reports on those in Hell]
  • Murmur
  • Nebiros
STONES
[Magickal usage, the properties and powers of]
  • Bathin [aka Nephthys]
  • Bifrons
  • Foras
  • Morax
  • Nebiros
  • Stomas
SORCERERS/MAGES
[Helps with magick]
  • Agares [Destroys spirits sent by an enemy]
  • Bifrons [Works with the dead to assist in magick]
  • Flauros [Protects against spirits sent by an enemy]
  • Gaap [Teaches how to consecrate things]
  • Malphas
 Morax [Teaches the magickal uses of stones and herbs]
  • Orobas [Protects against spirits sent by an enemy]
  • Seere
 Valefor [Assists in magickal healing]
  • Vine [Excellent in many areas for mages/sorcerers]
  • Volac [Provides serpents]
ANSWERS QUESTIONS
  • Astaroth
  • Asmodeus
  • Aini
  • Gusion
  • Marchosias
  • Orobas
  • Ose
  • Phoenix
  • Purson
  • Vassago
PROVIDES FAMILIARS
  • Alloces
  • Amy
  • Amdusias
  • 
 Belial
  • Buer
  • Decarabia
  • Gaap [Can take from the custody of another mage]
  • Malphas
  • Morax
  • Paimon
  • Purson
  • Sabnack
  • Shax
LOVE
These demons will help you in matters of love & relationships
ROMANTIC LOVE & LUST
  • Sargatanas [Bestows skill at lovemaking]
  • Asmodeus [Breaks up relationships/marriages]
  • Amon
 Beleth [Works well for bringing love to women]
  • Dantalian
  • Eligor [aka Abigor]
  • Furfur
  • Gaap [Causes love or hate]
  • Gomory [Works well for bringing love to men]
  • Lerajie [Breaks up relationships/marriages, gets rid of rivals]
  • Raum [Incites love and passion]
  • Saleos [Encourages fidelity]
  • Sytry
  • Vual
  • Zepar
FRIENDSHIPS
Reconciling, obtaining
  • Astaroth [Obtains of those in power]
  • Amon
  • Barbatos
  • Botis
  • Gusion
  • Ipos [aka Anubis]
  • Volac
HEALTH
Mental , Physical, Spiritual
CHARISMA, WIT, HUMOR
Bestows
  • Aini
  • Balam
  • Foras
  • Ipos [aka Anubis]
  • Zagan [aka Dagon]
ADDICTIONS
(Drug or Alcohol)
  • Buer
STRENGTH/COURAGE
  • Botis
  • Cimeries
  • Ipos [aka Anubis]
  • Marchosias [Assists in fights]
HERBALISM
  •  Bathin [aka Nephthys]
  • Bifrons
  • Decarabia
  • Foras
  • Morax [For magick]
  • Stomas
 
HEALTH/HEALING
  • Buer
  • Marbas
  • Valefor
WOMEN’S RIGHTS/ISSUES
  • Lilith [Help for women] *Lilith appears to whom she chooses and is not to be summoned.
  • Marchosias
  • Morax
DIVINATATION
These demons will help you with your divination practices.
ASTROLOGY
  • Azazel
  • Amy
  • Bifrons
  • Furcas
  • Morax
TEACH YOU DIVINATION
GEOMANCY [Divination using the Earth]
  • Asmodeus
  • Azazel
HYDROMANCY [Divination by water]
  • Cain
OCCULT SCIENCES
  • Glasya-Labolas
PALMISTRY
  • Furcas
PYROMANCY [Divination by fire ]
  • Furcas
  • Raum
FUTURE CONCERNS
  •  Astaroth
  • Eligor [aka Abigor]
  • Amon
  • Balam
  • Barbatos
  • Baal
  • Berith
  • Flauros
  • Gusion
  • Ipos [aka Anubis]
  • Orobas
  • Purson
  • Vassago
  • Vine
  • Vual
CLAIRVOYANCE
  • Astaroth
  • Asmodeus
PAST & PRESENT CONCERNS
  •  Amon
  • 
 Balam
  • Barbatos
  • Balam
  • 
 Barbatos
  • Barbatos
  • Baal
  • Berith
  • Botis
  • Flauros
  • Gaap
  • Glasya-Labolas
  • Gomory
  • Gusion
  • Ipos [aka Anubis]
  • Orobas
  • Purson
  • Vassago
  • Vine
  • Vual
MONEY/WORK/WEALTH
These demons will help you with obtaining financial goals
NUMBERS & LUCK
  •  Volac
MONEY
  •  Lucifuge Rofocal
 Andromalius [Finds it]
  • Amy [Shows the way to fortune and wealth]
  • Belphagor
  • Bune
  • Mammon
  • Raum
  • Azazel
HONORS/STATUS/PROMOTIONS
  • Astaroth
  • Belial
  • Baal
  • Berith
  • Forneus
  • Gusion
  • Orobas
  • Paimon
BUSINESS/HELP ON THE JOB
  • Belial [Promotions]
  • Lilith [Help for women] *Lilith appears to whom she chooses and is not to be summoned.
  • Eligor [aka Abigor] [Business and financial success]
  • Gusion [Promotions]
  • Paimon [Promotions]
  • Volac [Finds one a good job]
  • Vapula [Help in manual professions]
PROBLEMS & ISSUES
 
DEMONS
A
  • Agares
  • Aim
  • Aini
  • Allocer
  • Amdusias
  • Amon
  • Amy (demon)
    • amy
  • Andras
  • Asmodeus
  • Astaroth
  • Azazel
B
  • Baal (demon)
  • Balam (demon)
  • Barbatos
  • Beelzebub
  • Beleth
  • Belial
  • Belphegor
  • Botis
  • Buer (demon)
  • Bune
C
  • Caim
  • Clauneck
D
  • Dantalion/Dantalian
  • Decarabia
E
  • Eligos
F
  • Flauros
  • Forneus
  • Furcas
  • Furfur
G
  • Gaap
  • Gamigin
  • Gremory
  • Gusion
H
  • Haagenti
  • Halphas
I
K
L
  • Leraje
  • Lilth
    • Lilith: A female DEMON of the night and SUCCUBUS
  • Lucifer
M
  • Malphas
  • Marbas
  • Marchosias
  • Morax (demon)
N
  • Naberius
O
  • Orias
  • Orobas
  • Ose (demon)
P
  • Paimon
  • Phenex
  • Purson
R
  • Raum
  • Ronove
S
  • Sallos
  • Satan
  • Seere
  • Shax (demon)
  • Sitri
  • Stolas
V
  • Valac
  • Vapula
  • Vassago
  • Vepar
  • Vine (demon)
  • Vual
Z
  • Zepar
LEGAL PROBLEMS/COURT CASES
  • Eligor [aka Abigor]
POLICE
[Helps with problems with]
  • Abigor aka Eligor
 
GUARDING IMPORTANT POSSESSIONS
  • Asmodeus
Demonic Pacts image
THE DEMONIC PACT:
It commits a person to a contractual obligation with a metaphysical entity in return for services that would irrevocably change the person’s life.
Does that scare you? If so, what part? The idea of communicating with a metaphysical entity or the struggle of completing your goal?
Pacts with spirits require work and effort and should not be done frivolously.
Often it is easier to use conventional means to get what you want. However, after these means have been exhausted, a pact will provide you with a sense of power over feelings of helplessness and the frequent desire to simply submit to the circumstances of life.
To know whether a pact can work for you is a question of experimentation. The experiment alone can give you a new sense of yourself.
In fact making a pact with a spirit may allow you to observe how your mind works. It will also give you an opportunity to break free from some of the conditioning and brainwashing of childhood.
Read how other left hand path traditions break free of mainstream thinking.
Is making a pact Black Magick?
The answer is yes! Pact making is considered “black magic,” since the spirits we consort with are demons.
Like a Magus, pact making enters into the world of transcendental magic, since one must use the ability to work through the mind, not just the body.
So who makes pacts?
Don’t be fooled into thinking the making of a pact is a new magical tool. The rich and the royals have been practicing black magick since the very beginning.
Henri 111 of France (19 September 1551 – 2 August 1589), was an active practitioners of magic.
One famous example was the notorious Francis Hepburn, “the Wizard Earl” of Bothwell, who consistently used black magic both to aid his political career and to eliminate, or attempt to eliminate his enemies.
Many of these people kept magicians on retainer throughout their careers, and many business and wealthy people do now!
In modern times, it is a hot rumor, that for years rock band Led Zeppelin attained success through an agreement with the powers of darkness.
And it is a fact that guitarist Jimmy Page is openly a student of the magician Aleister Crowley.
Learn how some African Traditions make demonic pacts
 Can I Talk with the Demons during Pact Making?
Today, we like an easy path to success, however, unless you are born with access to your 6th Sense, you will need to work on opening it. This is a skill – one you must practice consistently. Even if a witch makes a pact for you, your ability to connect with the demons is a learned skill. The demon is still watching you – no matter if you can connect with the demon or not.
Of course, there are short cuts to spirit communication. You do not have to follow the steps of conjuration as provided in the Goetia rituals, as these are extremely difficult (and frightening) for the novice.
Various divination methods such as the use if a pendulum or scrying mirrors , are helpful to use during spirit communication for the novice and the professional. Communication can be achieved without the need of entering a trance state.
In my course Working With Demons, I share with students how to easily communicate with demons by using such methods, rather than the traditional Goetic method.
Are Demonic Pacts Dangerous?
Sure.
As an occultist, sorcerous, witch etc, with decades of experience in necromancy, I haven’t had a negative experience with spirits….yet! Still, I will warn you that my experience is not common.
I believe this to be the case due to my comfort in knowing we are powerful entities ourselves. My years of study, practice, and praise of their cause may also have put in good standing. Most importantly, I have done extensive work around personal and family protection.
I do not think for one minute, all demonic entities are safe or even open to human relationships. People who are sitting on the fence and fearing God’s vengeance need not “bargain with the devil.” Truth of the matter is that the demon knows you better than you know yourself. So don’t bother making false promises.
Just be a perfectly flawed human, step up to the plate, and say it like you mean it! If you can’t be honest to your demons, don’t expect them to be fair with you!
How will my Demonic Pact be Fulfilled?
Magick, and specifically pact agreements, usually works through “synchronicity,” or unusual coincidence, rather than the casual breaking of physical laws.  Most of the time, you will not find the demon has fulfilled your request overnight. And yet for some people, their request seams instant.
Black Witch Coven has the first known “Register Of Daemonic Pacts” for all pacts completed by the coven. Pacts are numbered on completion, and the demon contacted is listed next to the name of the pact holder. In years to come, if a person forgets they created a pact, BWC can remind them of their spiritual contract!Why is this?
Why should the demon jump to your request? Who are you to demand an action be fulfilled just because you are asking for it to be!  Let’s go back to my earlier definition for the demonic pact:
It commits a person to a contractual obligation with a metaphysical entity in return for services that would irrevocably change the person’s life.
When the pact is in effect, and you begin to honor your part of the pact, you also may perform the proper actions—”spells” if you will—and what you want to happen may just happen.
“What I wanted and needed to happen, “just happened” after the pact-working, things that 1 could not make happen before.”
Most importantly, you must believe in the spiritual world and the process. Some people expect a demonic force to “prove” itself before they fulfill their end of the contract. Unfortunately, it is this person who finds themselves a victim of a demons wrath. A demon does not work on our human timeline, and the “beast” can wait for the best opportunity in your life to exact revenge. This person soon remembers their pact, often make years previous, and runs of to a priest or witch, to plead their case.
I have been accused of being “unsympathetic” to the scared dabbler. That I “don’t take pity and provide (free) help” to those who find themselves lost in the occult. My role as an occultist, is to look after MY interests first. To the thousands of you who find themselves in a hairy demon predicament, just know that I do Empathize with you, But I do not sympathize with you. That is your mothers job.  If you need professional help after the fact, you must BELIEVE in the powers I work within wholeheartedly – and you will pay me for my time.
Demonic possession image
It should come as no surprise to anyone browsing this website, that I have an ongoing and active working relationship with demons and spiritual entities that the modern religious institutions would take great issue. Yet, I am not concerned at all with the dark side of possession, and do not fear consequences for the conviction of my beliefs.
Should a demon take interest in my life for the purposes of bettering my existence, and sharing its knowledge and wisdom – I consider myself blessed! A year with blessings from the daemons is much better than a life of poverty, poor health, misery, suffering, death, and totally being ignored by the ‘mainstream’ spiritual provider.
I will take a daemon who doesn’t judge you for your past or religious affiliation, over a Catholic priest, whose book is one that incites hate and judgement on every page. If this is not the REAL evil, then I obviously can’t read the written word!
I talk about possession here for the person who is concerned about becoming possessed as a result of a pact, or about future demonic possession and harassment. Also, I will provide classic terms from priests who do exorcisms, so you can understand the differences between stages and types of demonic attacks.
I want you to know that demonic attacks are real. Demonic possession is real. And most people who are attacked or possessed – deserve it!



ABOUT DEMON POSSESSION
Demonic harassment and/or obsession is NOT possession, and they are completely different experiences.
It is obsession when the demon acts externally against the person whom it besets, and possession when he acts internally, agitates them, excites their ill humor, makes them utter blasphemy, speak tongues they have never learned, discovers to them unknown secrets, and inspires them with the knowledge of the obscurest things in philosophy or theology.(1)
Also, some people want to be possessed for various reasons, including to receive messages from spirits (common practice in many spiritual practices.) In various forms of divination and rituals, one can invoke a demon or spirit to give messages from the otherside – messages we could not receive unless it is delivered through the human vessel.
POSSESSION CASES
EMILY ROSE
Listen to actual video of the sounds of Anneliese speaking in a demonic voice and identifying herself as Lucifer, Cain.
https://youtu.be/eWzWVGu6cfA  real demon voice.
https://youtu.be/bG0s9_blRbw     sound off hell .
HELP! MY MOM WANTS TO SACRIFICE ME TO SATAN!
In the 1980s, a possessed woman named Rebecca called into a show on KATB Christian Radio in South Alaska to describe how her mother was planning on sacrificing her to Satan on Halloween. You decide if its real.
THE SOUNDS OF HELL.
In 2002,Coast to Coast’s Art Bell to blow the lid off the sounds of Hell. Bell plays audio that was supposedly recorded in Siberia, where a deep drilling experiment accidentally opened up a portal to Hell. But I think it is a hoax  The information below is to explain demon possession in a person who does not wish to be possessed.
Does demon possession really happen? Can demons attack people?
This simple answer is yes. When a demon attacks none of the follow matters:
  • Sex
  • Education
  • Color
  • Race
  • Wealth – Rich or Poor
  • Location
  • Occupation
  • Religion
Demonic possession happens differently to each person. Why is this?
There are a few reasons:
  1. The demons purpose for targeting the person
  2. The number of demons possessing the individual
  3. The ability and skill of the possessing demon
  4. If the demon is generational (along the family timeline)
How long does it take for the demon to take over control?
The answer to this question differs from person to person as well. The demon enters the body straight away (if it wants too), but can slowly effect the person over time, or immediately.
CATHOLIC EXORCISTS
In Hostage to the Devil, Malachi Martin, a famous Catholic Exorcist, mentions a type of demonic attack called “familiarization”. He writes:
“The possessing spirit in “familiarization” is seeking to “come and live with” the subject. If accepted, the spirit becomes the constant and continuously present companion of the possessed. The two “persons”, the “familiar” and the “possessed”, remain separate and distinct. The “possessed” is aware of his “familiar”.
https://en.wikipedia.org/wiki/Demonic_possession
Catholic exorcists differentiate between “ordinary” Satanic/demonic activity or influence (mundane everyday temptations) and “extraordinary” Satanic/demonic activity, which can take six different forms, ranging from complete control by Satan or some demon(s) to voluntary submission:
  1. Possession, in which Satan or some demon(s) takes full possession of a person’s body without their knowledge or consent, so the victim is therefore morally blameless.
  2. Obsession, which includes sudden attacks of irrationally obsessive thoughts, usually culminating in suicidal ideation, and typically influences dreams.
  3. Oppression, in which there is no loss of consciousness or involuntary action, such as in the biblical Book of Job in which Job was tormented by a series of misfortunes in business, family, and health.
  4. External physical pain caused by Satan or some demon(s).
  5. Infestation, which affects houses, things, or animals; and
  6. Subjugation, in which a person voluntarily submits to Satan or some demon(s).
If these priests spend more time in helping their followers &/or people improve the conditions of their lives, and less time trying to scare them into submission of finances into the Church, the modern person would stay with the Church. Instead, people want help from daemons AND be in good graces with the church – leading to the current amusing mess! All I can say is the truth is their for everyone to see!
ABOUT RESCINDING ON YOUR PACT
Many people make pacts when they are desperate for some personal matter to manifest faster. For example, to pass a law degree, or need love from an ex-lover etc. When a demon knows you are seeking “temporary friendship” the demon will often give a time frame on the gift, for example, “….you may have your girlfriend back for a year.”
When they achieve their goals (through the pact), they will run to a priest to have the pact revoked. But it is often too late. The demon will have its end of the deal.
BWC will always tell people to decide on their path before making a pact. That way you will not find yourself possessed due to your change if mind in later years. You may grow older, but the demon does not and has all the time in the world.
 
To be continued…….
 
FYI….Here is something you may have never read before….
Demons (for most part) are actually sexless. They are not truly male or female. We sense them as masculine or feminine – based on our own experiences. Just like our souls are actually sexless – proven when we reincarnate as male or female on each reincarnation – demons are powerful entities with specific skills and roles.
– Black Witch Savannah
Witch hunters bible

Witch hunters bible

heksenhamer , witchhamer

Read More  
Documentary 2015 Salems Witch Trial Witchcraft & Witchhunt

Documentary 2015 Salems Witch Trial Witchcraft & Witchhunt

Documentary 2015 Salems Witch Trial Witchcraft & Witchhunt

Read More  
I BUILT MY SITE FOR FREE USING